Via de Fintool helpdesk krijgen we soms de vraag of het omzetten van een annuïtair leningdeel naar aflossingsvrij fiscaal mogelijk is zonder dat de overige leningdelen fiscaal in het gedrang komen. Het gaat hierbij dan om ‘nieuw recht’ box 1 leningdelen (BP2013).
Bij de omzetting houdt de adviseur rekening met GHF en box 3 toetsing vanwege leningdeel dat fiscaal niet meer voldoet aan aflossschema.
Consumenten stellen dat de Bank haar zorgplicht heeft geschonden door Consumenten niet te informeren over een fiscale wetswijziging. De Bank heeft Consumenten een brief gestuurd met informatie over de fiscale wetswijziging, maar Consumenten geven aan dat zij deze brief niet ontvangen hebben.
In de media was een suggestie te lezen de looptijd van annuïtaire leningen met 12 maanden te verlengen, als lastenverlichting. In een rekenmodel is deze suggestie uitgewerkt.
Consument stelt dat (de rechtsvoorganger van) de Bank haar zorgplicht heeft geschonden door Consument niet te informeren over een fiscale wetswijziging (het niet meer kunnen afsluiten van een KEW. Relatie had een box 3 levensverzekering).
Regelmatig dient een hypotheekadviseur de 'bestaande eigenwoningschuld' vast te stellen om o.a. de maximale hoogte van een aflossingsvrije lening vast te stellen.
Voor leningen waar een aflossingsverplichting (BP2013) geldt, kunnen tijdens de looptijd mutaties optreden, of is sprake van een eerste melding.
'Familiehypotheken / BV leningen', niet zijnde reguliere bankhypotheken die in 2013 / 2014 of 2015 zijn afgesloten, hebben een 'meldingsplicht'.
Welke datum kan dan maximaal aangehouden worden? 31 januari a.s., 31 december of een andere datum?
Een hypotheekadviseur nam contact op met de fiscale helpdesk van Fintool. Een relatie van hem had in 2013 zijn woning verkocht (box 1 hypotheek €200.000) en heeft eerder een andere woning gekocht (levering september 2014). In de tussenliggende periode is sprake van huur.
Bij eerdere navraag bij de Belastingdienst was het antwoord (van de Belastingdienst) dat het overgangsrecht 'bestaande eigenwoningschuld' voor zijn relatie niet meer van toepassing is, doordat aankoop/levering pas in 2014 valt.
Ondanks verwijzing naar artikel 10Bis.1 Wet IB2001, bleef de Belastingdienstmedewerker voet bij stuk houden. Wat nu?
De Vereniging Eigen Huis en de Consumentenbond hebben in een gezamenlijke brandbrief aan Minister Blok aandacht gevraagd voor het probleem van gescheiden huiseigenaren, die (mogelijk) in de financiële problemen komen door de nieuwe strenge hypotheekregels (het annuïtair aflossen van het 'overgenomen' aandeel van de ex-partner in de eigenwoningschuld). In de brief komen ze ook met een mogelijke oplossing.
Een relatie van ons heeft in 2012 een woning aangekocht (€150.000), waarbij in eerste instantie een verbouwing voor een keuken (€10.000) is meegenomen in de financiering.
De hypotheek is een levenhypotheek, zonder annuïtaire aflossing.
Volgende maand gaat relatie naar de notaris voor levering. Nu blijkt echter dat de verbouwing voor de keuken niet door is gegaan, maar dat er een dakkapel voor in de plaats is gekomen qua bouwdepot.
Moet het hypotheekadvies aangepast worden? Hoofdsom blijft ongewijzigd.
Klant heeft huis te koop staan (sinds 2011) en heeft hypotheek van (€ 100.000,=), box 1, bedrag 31 december 2012).
Stel verkoopt huis (in 2013) en klant gaat tijdelijk huren. Tot wanneer mag klant dan nog van oude regeling gebruik maken en de lening (deels) aflossingsvrij financieren?
Eerder zijn vragen van het lid Paulus Jansen (SP) aan de staatssecretaris van Financiën over de fiscale regeling voor hypotheekrenteaftrek gesteld.
Nadat beantwoording eerst uitgesteld was, zijn de antwoorden nu wel bekend gemaakt. Er is sprake van een 'versoepeling' ten opzichte van de huidige wetgeving. In een aanvullend besluit zal de 'reparatiewetgeving' vastgelegd worden.
Jos Koets, columnist bij IEX.nl schreef een treffend artikel over de wispelturige houding van de overheid en de uitdagingen die daaruit voortvloeien voor hypotheekadviseurs.
In collegiale samenspraak wijzen wij u graag op deze column die vandaag is gepubliceerd.
Diverse partijen stellen dat de aanpassing van het woonakkoord (50% aflossingsvrij) toch positieve kanten heeft. Fintool heeft een rekenmodel gemaakt, waaruit blijkt dat de aanpassing van het woonakkoord, zoals deze week bekend gemaakt is, een blok aan het been is.
Vraag en antwoord van Kennisgroep Verzekeringsproducten
Met de term gegarandeerd kapitaal wordt bedoeld het kapitaal dat door de instelling gegarandeerd zal worden betaald indien de overeengekomen premie of inleg gedurende de gehele looptijd volgens schema wordt voldaan. Het begrip omvat hiermee mede de term “verzekerd kapitaal” zoals dat is gebruikt in eerdere overgangsregimes voor kapitaalverzekeringen.
Vraag en antwoord van Kennisgroep Verzekeringsproducten
Voor kapitaalverzekeringen die bestonden op 14 september 1999 geldt als voorwaarde voor behoud van eerbiedigende werking en voor de bijzondere waardevrijstelling van onderdeel AN Invoeringswet Wet IB 2001 dat voor de beoordeling of de verzekerde rechten zijn verhoogd, de leven- en de overlijdenscomponent afzonderlijk moeten worden bezien. Voor de beoordeling of met betrekking tot een KEW is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van het overgangsrecht, moeten de leven- en de overlijdenscomponent in beginsel afzonderlijk worden bezien overeenkomstig de voorgaande overgangsregimes voor kapitaalverzekeringen. Dit houdt in dat het verzekerde kapitaal c.q. de te betalen premies voor de verzekerde uitkering bij leven afzonderlijk van het verzekerde kapitaal c.q. de te betalen premies voor de verzekerde uitkering ten gevolge van overlijden, moeten worden getoetst.
Vraag en antwoord van Kennisgroep Verzekeringsproducten
In het beleidsbesluit van 21 december 2012, BLKB 2012/1994M is aangegeven dat het nog mogelijk is om vóór 1 april 2013 een KEW, SEW of BEW aan te gaan of te verhogen, mits de belastingplichtige op 31 december 2012 beschikt over een eigen woning en een eigenwoningschuld (EWS). Hierbij mag het gegarandeerde kapitaal niet hoger zijn dan het bedrag van de eigenwoningschuld op 31 december 2012. Indien het gaat om een product zonder gegarandeerd kapitaal, mag het overeengekomen te betalen bedrag (premies of inleg) niet hoger zijn dan het bedrag dat, uitgaande van het voor een dergelijk product gebruikelijke prognoserendement, voldoende is voor het bereiken van een doelvermogen dat niet hoger is dan het bedrag van de EWS per 31 december 2012.
Vraag en antwoord van Kennisgroep Verzekeringsproducten
Met het beleid in het besluit van 21 december 2012, BLKB 2012/1994M is een ruime werking beoogd. Dit houdt in dat het in alle gevallen mogelijk is om vóór 1 april 2013 een KEW, SEW of BEW aan te gaan of te verhogen, mits de belastingplichtige op 31 december 2012 beschikt over een eigen woning en een eigenwoningschuld (EWS).
Vraag en antwoord van Kennisgroep Verzekeringsproducten
Met de laatste volzin van de voorwaarden in het besluit van 21 december 2012, BLKB 2012/1994M is niet beoogd te verhinderen dat premies c.q. inleg worden verhoogd bij een gedeeltelijk aflossingsvrije positie. Zie voorts het antwoord op vraag 4.
Klanten gaan dit jaar uit elkaar en mijnheer wenst er te blijven wonen. Er is nog geen getekend convenant.
Huidige hypotheek is EUR 100.000 (waarvan 50k aflosvrij). De hypotheek bestond al op 1 januari 2001.
Nieuwe hypotheek wordt gedeeltelijk annuïteiten (50k) en deels aflosvrij (50k). Mag de annuïteitenhypotheek opnieuw 30 jaar lopen ivm lagere maandlast voor klant of moet deze verplicht de maximale einddatum hebben van de huidige box 1 schuld?
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Let op: er is een update van dit bericht in verband met aanpassing cijfers
Op dinsdag 18 december 2012 heeft de Eerste Kamer ingestemd met het Belastingplan 2013, het wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2013, de Wet herziening fiscale behandeling eigen woning en de Wet elektronische registratie notariële akten. In dit bericht geeft het ministerie van Financiën een overzicht van de belangrijkste, cijfermatige wijzigingen in de rijksbelastingen per 1 januari 2013.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 18 december 2012 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen.
PVV, OSF en 50PLUS stemden tegen.
Tijdens de plenaire behandeling van het Belastingplan 2013 c.a. zijn in totaal 9 moties ingediend.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.