Belanghebbende is in loondienst werkzaam bij het ministerie van Defensie. Met ingang van 1 augustus 2014 is belanghebbende voor zijn werk uitgezonden naar [plaats] (Verenigde staten) voor de duur van drie jaren. De uitzending is met een jaar verlengd (hierna: de uitzendperiode). Belanghebbende heeft de hypotheekrente als aftrekpost opgevoerd.
De belastinginspecteur stelde dat er geen sprake was van een terbeschikkingstelling van de woning op basis van de 'antikraakwacht'. In hoger beroep is de belastinginspecteur in het ongelijk gesteld.
Ter besparing van toekomstige erfbelasting kan bij leven alvast geschonken worden. Soms gebeurt dit enkel 'op papier', waarbij ook jaarlijks 6% daadwerkelijk wordt overgemaakt door de schuldenaar. Maar wat als de ouders gaan scheiden, 1 van de ouders niet meer in staat is de rente te betalen en de begunstigde toch deze rente opeist?
In het echtscheidingsconvenant is afgesproken dat beide ouders ieder voor de helft de verplichtingen uit de overeenkomsten zal nakomen.
In een eerdere uitspraak van de Hoge Raad is een (onjuiste) rechtsopvatting dat het UWV tijdens de Wsnp mag verrekenen zoals bedoeld in artikel 307 lid 1 Fw gewijzigd.
Een koper heeft een woning niet afgenomen vanwege een 'buren'geschil. Ten tijde van de ondertekening van de koopovereenkomst was niet bekend dat er met de buren van de te verkopen woning problemen zouden ontstaan. Zowel de verkoper als de koper claimen van de tegenpartij de contractuele boete (10%, zijnde €23.500).
Een BKR geregistreerde vordert via de Rechtbank Noord-Nederland de verwijdering van een BKR registratie welke ontstaan is als gevolg van een restschuld van de voormalige woning.
Belanghebbenden zijn in 2014 gehuwd en woonachtig in Polen. Zij hebben van de [A] (hierna: de Stichting) een bedrag van € 21.485,52 ter leen ontvangen (hierna: de lening).
Belanghebbende heeft in 2016 een schenking van haar tante ontvangen. Deze schenking is door de inspecteur met 30% (tariefgroep II) schenkbelasting belast. Belanghebbendes stelling dat op grond van artikel 14 EVRM de schenking met 10% (tariefgroep I) belast dient te worden, wordt door het Hof verworpen.
Het Gerechtshof 's Hertogenbosch heeft een uitspraak gedaan omtrent de uitleg van het echtscheidingsconvenant. Relatie is in 2016 gescheiden. In het echtscheidingsconvenant is bepaald dat de (voormalige) echtelijke woning binnen twee jaar ná 1 januari 2016 – derhalve vóór 1 januari 2018 – dient te worden verkocht, alsook dat de man de vrouw kan “uitkopen”. De vrouw wenst (via de rechtbank), in het zicht van deze termijn en nu van haar niet kan worden verlangd dat zij met de man een gemeenschappelijk goed en schuld behoudt en de man niet in staat is gebleken om het ontslag van de vrouw uit hoofdelijke aansprakelijkheid te regelen, kort gezegd primair dat de woning aan haar wordt toegedeeld dan wel subsidiair dat deze woning wordt verkocht.
Het Gerechtshof Den Haag heeft een uitspraak gedaan over de vraag welke woonplaats grotendeels geldt voor een belastingplichtige. Belastingplichtige heeft zowel in Nederland als in Rusland een duurzaam tehuis.
De rechter toetst of de verwerkingsverantwoordelijke heeft aangetoond dat zijn dwingende gerechtvaardigde belangen in dit specifieke geval zwaarder wegen dan de belangen of de grondrechten en de fundamentele vrijheden van de betrokkene (overweging 69 AVG).
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.