Een modelstudie van het CPB toont volgens de onderzoekers aan dat er geen aanleiding is 'de grote klap', zoals onlangs in de Economist werd voorspeld. Er is wel sprake van enige overwaardering, maar niet zodanig dat van een 'overspannen' markt gesproken kan worden. Bovendien blijkt uit de studie dat huizenprijzen in het algemeen langzamer dalen dan dat ze stijgen. De reden is dat verkopers van woningen in slechte tijden liever hun woning wat langer te koop laten staan dan dat ze prijs laten zakken. Omgekeerd zijn in tijden van prijsstijging kopers sneller geneigd om hoger te bieden, omdat ze erop speculeren dat de prijs verder gaat stijgen.

Uit de studie blijkt dat de sterke stijging van de huizenprijs tussen 1992 en 2000 voor driekwart kan worden toegeschreven aan de stijging van de welvaart (hogere lonen en stijging van het financiële vermogen van gezinnen). De daling van de reële rente droeg voor ruim een kwart bij aan de stijging.

Bron: Het Financieele Dagblad, 06-04-2005