Orderportefeuille bouwers bijna leeg

In de woningbouw kunnen bedrijven hun werknemers met het werk dat zij al hebben binnengehaald gemiddeld nog 6,2 maanden aan de slag houden, in de utiliteitsbouw nog 5,6 maanden. Een jaar geleden bedroeg de gemiddelde werkvoorraad van de twee deelsectoren nog 8,8 maanden. De echte klap komt na de bouwvak, stellen analisten.

Bouwvak
“In de zomerperiode produceer je als aannemer niets en komt er ook geen geld binnen”, zegt Jan Fokkema van Neprom. “In goede tijden kunnen ze dat hebben, maar als de zaken al het hele jaar onder druk staan, kan zo’n periode zonder cashflow je net de nekslag geven.”

Een andere reden waarom de bouwvakantie het ‘echte begin’ van de crisis in de bouw zal inluiden, is dat opdrachtgevers traditioneel van bouwers vragen hun werken op te leveren voor de vakantie. De bouwvak is daarmee een natuurlijk moment om de werkvoorraad voor de rest van het jaar te bekijken. En dat beeld is bij veel bedrijven niet al te rooskleurig.

Faillissementen
Ook toont de bouwsector veel faillissementen. Volgens onderzoeksbureau Dun en Bradstreet lag het aantal faillissementen onder bouwbedrijven in mei 211 procent hoger dan in mei 2008. En van alle faillissementen in Nederland blijkt dat zo’n 10 procent van alle bedrijven die in de afgelopen twee weken de deuren moesten sluiten (ruim 50 van de 500) bouwondernemingen zijn.

Infrastructuur
Toch blijkt uit een telefonische rondgang langs een aantal grote bouwbedrijven dat zij voor de periode na de bouwvak nog goed gevulde orderportefeuilles hebben. Dat heeft vooral te maken met infrastructurele werken waarbij de overheid vaak optreedt als opdrachtgever. Bovendien heeft de overheid 58 grote infrastructurele projecten naar voren gehaald.

Bron: De Volkskrant, 25-07-2009