Tandarts belegt bij René van den Berg en mag verlies aftrekken
De fiscale rechtspraak kent vele voorbeelden van gevallen waarin een ondernemer beleggingsverliezen ten laste van de winst wil brengen. Deze procedures worden steevast door de belastingplichtige verloren. Te denken valt aan de ondernemer die wordt gebeld met een voorstel om te beleggen op de termijnmarkt.
De koffieprijzen zullen de komende weken vrijwel zeker stijgen. De ondernemer sluit een termijncontractje koffie af. Helaas gaat de winst niet door. De Brazilianen hebben koffie op de wereldmarkt gedumpt waardoor de prijzen zijn gezakt. Uiteraard was de ondernemer van plan de vrijwel zekere winst als onbelast resultaat in box 3 te verantwoorden. Maar nu er verlies is geleden, liggen de zaken andes. Het verlies wordt op de zaak geboekt. Bij ontdekking wordt dit door de fiscus gecorrigeerd.
De procedure die leidde tot de uitspraak Rechtbank Haarlem 18 mei 2010, nr. 09/02157 liep goed af. Het ging over een tandarts die € 50.000 aan, naar later bleek, oplichter René van den Berg had geleend. Hiervan was een schriftelijke overeenkomst opgemaakt. De lening had een opzegtermijn van een maand en het rentepercentage bedroeg 1% per maand. Op 23 juni 2004 was € 50.000 vrijgemaakt van de zakelijke rendementsrekening en overgeboekt naar privé. Via een zogenaamde memoboeking (31 december 2004) is de lening weer op de ondernemingsbalans terecht gekomen. Volgens de belastingrechter was voldoende aannemelijk is gemaakt dat de lening is verstrekt uit de in de onderneming aanwezige tijdelijk overtollige liquide middelen. Omdat de opzegtermijn een maand bedroeg, konden de middelen op korte termijn weer beschikbaar zijn voor de onderneming. Niets staat derhalve aan de etikettering van de lening als ondernemingsvermogen in de weg. De wijze van verwerking in de boekhouding is niet van doorslaggevend belang.
De hoofdregel is dat liquiditeiten die niet nodig zijn voor de bedrijfsvoering, tot het privé-vermogen moeten worden gerekend (box 3). Als een ondernemer tijdelijk overtollige middelen belegt in liquide vorm, mag hij deze tot het ondernemingsvermogen rekenen. De rente is dan belast,de waardestijging is belast en waardedaling aftrekbaar. Van tijdelijk overtollige middelen kan sprake zijn als de ondernemer van plan is binnen afzienbare tijd investeringen te doen.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.