Adfiz vindt dat de beoogde aanpassing van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Bpf) en beroepspensioenregeling (Bpr) overbodig is. De aanpassing leidt bovendien tot aantasting van eerlijke concurrentieverhoudingen.
Aanbieders van financiële producten moeten via een wijziging van de Wet Bpf de naam van een verplichtgesteld pensioenfonds onder voorwaarden kunnen gebruiken. Eén van de belangrijkste argumenten om dit wetvoorstel in te dienen is dat op die manier het pensioenbewustzijn van deelnemers in een pensioenfondsregeling wordt verhoogd.
Schijninformatie
Het Adfiz-cluster Pensioen vindt dit echter geen goed argument. De verbeterde informatievoorziening is namelijk ook onder de huidige wetgeving gewoon mogelijk. Bovendien bestaat het risico dat door de aanpassing van de Wet Bpf schijninformatie verstrekt gaat worden over de algemene passendheid van aanvullende producten bij een bepaald pensioenfonds. Volgens Adfiz moet passendheid in alle gevallen op basis van de individuele situatie bepaald worden.
Ongelijke mogelijkheden
De voorgestelde wetswijziging is volgens Adfiz niet nodig en zet bovendien de eerlijke concurrentieverhoudingen op het spel. Het wetsvoorstel creëert ongelijke mogelijkheden voor commerciële partijen om voordeel te halen uit het gebruik van naam, beeldmerk en gegevens van de verplichte pensioenfondsen.
Op achterstand
Vooral de grotere aanbieders van financiële producten, en met name die commerciële aanbieders die aan een pensioenfonds gelieerd zijn kunnen hun commercieel voordeel doen met het wetsvoorstel. (Kleinere) onafhankelijke pensioenadviseurs worden door het voorstel op achterstand gezet. Zwaarwegend vindt Adfiz ook dat de Raad van State ten aanzien van dit wetsvoorstel oneerlijke concurrentie niet uitsluit.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.