OvFD: Leidraad ook voor verlengingsvoorstellen

Uitgangspunt van aflevering 4 van de Leidraad is dat de adviseur bij het afsluiten van een hypotheek bij elke optie aan de consument duidelijk maakt wat zijn aanbeveling is.'De adviseur moet bij de vaststelling van de rentevastperiode rekening houden met de huidige en toekomstige financiële positie van de consument en de risico’s die hij daarbij kan en wil dragen.

 

Kruisje zetten

Maar als de rentevastperiode afloopt moeten geldverstrekkers tenminste één maand daarvoor de consument schriftelijk het rentepercentage voor de eerstvolgende rentevastperiode offreren. In de praktijk ontvangen consumenten een verlengingsvoorstel, met daarin een opgave van de diverse verlengingsmogelijkheden. De consument wordt daarbij gevraagd om aan te geven wat de nieuwe rentevastperiode moet worden. Voldoende is dat de consument een kruisje zet voor de nieuwe gewenste termijn en deze keuze bevestigt met een handtekening. Daarmee is volgens de OvFD de huidige praktijk van verlengingsvoorstellen in strijd met de leidraad Hypotheekadvisering.

 

Kopie naar adviseur

Het kan volgens OvFD niet zo zijn dat voor de hypotheekadviseur het klantbelang volledig tegengesteld is aan het klantbelang voor de geldverstrekker. ‘In dat opzicht vinden wij het onverklaarbaar en onjuist dat aanbieders blijkbaar niet aan het gestelde in aflevering vier hoeven te voldoen.’ De OvFD heeft deze tegenstelling voorgelegd aan de AFM, maar nog geen reactie gekregen. Ook zal de OvFD de bestaande praktijk met aanbieders bespreken en er daarbij op aandringen dat deze adviseur ook een kopie krijgt van het voorstel. Verder vindt OvFD dat de aanbieder de consument voor advies moet verwijzen naar de hypotheekadviseur.

 

Bron: OvFD, 12-04-2011