Boxarbitrage-voordeel
(Boxarbitrage-voordeel, het fictief rendement in box 3 versus in deze casus hypotheekrentepercentage van 8% - Box 1).
De rechtbank stelt voorop dat de tussen de zoon en zijn vader gesloten overeenkomst van geldlening inderdaad leidt tot voordelen in de sfeer van de boxarbitrage. De overeenkomst van geldlening heeft immers tot gevolg dat bij de zoon de betaalde rente aftrekbaar is volgens het progressieve tarief van box 1, terwijl bij de zoon zijn vader de opbrengsten van de vordering belast worden volgens het fictieve rendementspercentage en het vaste tarief van box 3. De rechtbank overweegt echter dat dit boxarbitrage-voordeel inherent is aan de bewuste keuze van de wetgever om inkomen uit sparen en beleggen te belasten op basis van een fictief rendement in combinatie met een vast tarief. Omdat het gesignaleerde voordeel voortvloeit uit een bewuste keuze van de wetgever kan naar het oordeel van de rechtbank niet gesteld worden dat de rechtsgevolgen van de door de zoon en zijn vader gesloten overeenkomst van geldlening in strijd zijn met de strekking van de belastingwet.
Overweging rechtbank
De rechtbank overweegt ten aanzien van de hoogte van het rentepercentage als volgt. "Uit artikel 5 van de overeenkomst van geldlening volgt dat bij het aangaan van de lening geen hypothecaire of andere zekerheden zijn verstrekt. Uit artikel 4 van de overeenkomst volgt dat slechts in een beperkt aantal situaties sprake is van een verplichting tot aflossing." Nu volgens de overeenkomst van geldlening door de zoon geen (hypothecaire) zekerheid is verstrekt, kan naar het oordeel van de rechtbank ter bepaling van een gebruikelijk rentepercentage worden aangesloten bij rentepercentages van niet door zekerheid gedekte persoonlijke leningen bij derden.
Daarbij wijst de rechtbank erop dat de zoon reeds een eerste recht van hypotheek op zijn woning heeft gevestigd ten behoeve van de bank, zodat een eventueel alsnog te verstrekken aanvullende hypothecaire zekerheid ten behoeve van de zoon zijn vader slechts van beperkte betekenis is. Uitgaande van niet door zekerheid gedekte persoonlijke leningen is naar het oordeel van de rechtbank de in 2008 overeengekomen rente van 8% tussen de zoon en zijn vader niet onzakelijk, temeer omdat tussen hen slechts beperkte aflossingsverplichtingen zijn overeengekomen.
Zie download onderaan voor gehele uitspraak.
Bron: Rechtspraak
Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668