Leencapaciteit
Voor hypotheken met een rentevastperiode korter dan tien jaar moet worden gerekend met een toetsrente om te bepalen of een hypotheek verantwoord is. Als de werkelijke rente hoger is dan de toetsrente, dan wordt er gerekend met de werkelijke rente. Door gebruik te maken van de toetsrente wordt voorkomen dat stijgingen van de rente na afloop van de rentevastperiode consumenten in de financiële problemen brengt.
Tot en met het eerste kwartaal van 2014 stelde de NVB de toetsrente vast en werd deze gepubliceerd op de website van de NVB.
Hoe stelt de AFM de toetsrente vast?
De AFM stelt de toetsrente vast op grond van de Tijdelijke regeling hypothecair krediet. De basis voor de berekening is het gemiddelde van de geldende hypotheekrente van een aantal aanbieders met het grootste marktaandeel naar aantal verstrekte hypotheken. De toetsrente bedraagt altijd minimaal 5 procent.
Bron: AFM
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99