Lees hier de volledige uitspraak. [De Sociale Verzekeringsbank (SVB) heeft inmiddels aangegeven in hoger beroep te gaan.]
6. Voorts heeft eiseres - kort samengevat - aangevoerd dat het primaire besluit van verweerder een ongeoorloofde inbreuk maakt op haar eigendomsrecht. Eiseres verwijst hierbij naar artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (Eerste Protocol). Eiseres gaat op hoofdlijnen mee in de opvatting van verweerder dat in beginsel aan de in artikel 1 van het Eerste Protocol gestelde voorwaarden wordt voldaan, maar bestrijdt dat sprake is van een "fair balance" tussen het algemeen belang van de samenleving en de bescherming van de fundamentele rechten van het individu, in dit geval eiseres. Aan eiseres wordt bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd 21 maanden AOW-uitkering ontnomen. Eiseres is van mening dat het opschuiven van de AOW-leeftijd tot 21 november 2022 een voor haar onevenredige zware last ("an individual and excessive burden") met zich meebrengt
9. In de eerste twee volzinnen van artikel 1 van het Eerste Protocol is bepaald dat iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon recht heeft op ongestoord genot van zijn eigendom ('possessions'). Aan niemand zal zijn eigendom worden ontnomen behalve in het algemeen belang en onder de voorwaarden voorzien in de wet en in algemene beginselen van internationaal recht.
10. De rechtbank ziet zich eerst voor de vraag gesteld of sprake is van ontneming van eigendom als bedoeld in de tweede zin van artikel 1 van het Eerste Protocol.
11. Onder de term eigendom van artikel 1 van het Eerste Protocol worden niet alleen bestaande bezittingen verstaan, maar ook vermogensbestanddelen.
12. De rechtbank stelt vast dat eiseres voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd per 1 januari 2013 en op de datum van het bestreden besluit geen bestaand recht had op een AOW-pensioen. Naar het oordeel van de rechtbank is er als gevolg van de inwerkingtreding van voornoemde wet en de toepassing hiervan in het pensioenoverzicht dan ook geen sprake van een ontneming van een dergelijk bestaand recht of vermogensbestanddeel in strikte zin.
15. De rechtbank ziet zich vervolgens voor de vraag gesteld of de in het bestreden besluit gehandhaafde toepassing van artikel 7a van de AOW voldoet aan de in artikel 1 van het Eerste Protocol besloten liggende voorwaarden voor rechtvaardiging van een inmenging in het eigendomsrecht. Bij de beslechting van dit geschilpunt wordt acht geslagen op de uitleg die het EHRM in zijn rechtspraak aan artikel 1 Eerste Protocol geeft. Beoordeeld moet worden of de inmenging bij wet is voorzien. Verder dient te worden beoordeeld of de inmenging van het eigendomsrecht een legitieme doelstelling heeft in het algemeen belang en of er een behoorlijk evenwicht is behouden tussen de eisen van het algemeen belang van de samenleving en de bescherming van de fundamentele rechten van het individu, een en ander onder erkenning van een ruime beoordelingsmarge die de Staat heeft bij de hantering van deze criteria. Aan het proportionaliteitsvereiste wordt niet voldaan als het individu door de inmenging van het eigendomsrecht een onevenredig zware last (‘an individual and excessive burden’) moet dragen.
17. Eiseres heeft in dit kader gesteld dat er sprake zal zijn van grote financiële problemen, omdat zij wordt geconfronteerd met een 'AOW-gat' van 21 maanden (gezien de onder rechtsoverweging 8 vermelde wetswijziging dus inmiddels 24 maanden). Deze last is voor eiseres onevenredig zwaar, gezien haar omstandigheden. Het is voor haar niet mogelijk om maatregelen/voorzieningen te treffen om in te spelen op de verschuiving, gezien haar leeftijd, haar grote afstand tot de arbeidsmarkt en haar gezondheidstoestand.
18. De rechtbank is van oordeel dat in de situatie van eiseres sprake is van een onevenredig zware last. Daarbij acht de rechtbank van belang dat het gaat om een betrekkelijk lange periode van 24 maanden die eiseres moet overbruggen. Daarnaast is het gezien het huidige inkomen van eiseres niet mogelijk om te sparen. Zoals door eiseres onweersproken is gesteld, maakt zij gezien haar gezondheidstoestand en haar eenzijdige en korte arbeidsverleden vrijwel geen kans op de arbeidsmarkt. Ook is het op dit moment onzeker of eiseres als zij 65 wordt in aanmerking zal komen voor bijstand zonder dat zij eerst haar eigen woning moet "opeten". Eiseres valt weliswaar onder de overbruggingsregeling, maar gelet op het bedrag van 500 à 600 euro, waarop zij - onweersproken - per maand aanspraak kan maken, bezien in het licht van de lange periode die zij moet overbruggen en gelet op de overige voornoemde omstandigheden van eiseres, is de rechtbank ook in de nieuwe situatie van eiseres van oordeel dat prake is van een "individual and excessive burden".
19. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat artikel 1 van het Eerste Protocol is geschonden. Verweerder had om die reden in het geval van eiseres artikel 7a van de AOW buiten toepassing moeten laten. Het beroep zal gegrond worden verklaard en het bestreden besluit zal worden vernietigd. De rechtbank zal het primaire besluit in zoverre herroepen dat de aanvang van de pensioenopbouw dient te starten op 21 februari 1971 in plaats van 21 november 1972. Gelet hierop kunnen de overige door eiseres aangevoerde beroepsgronden onbesproken blijven.
Bron: Rechtspraak.nl
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99