Kifid: Adviseur mag alleen aanvullende nazorg apart aan de klant in rekening brengen.

"De Commissie overweegt allereerst dat een Adviseur op grond van artikel 4:20 Wet op het financieel toezicht (Wft) is gehouden een bepaalde vorm van doorlopende nazorg te verlenen, bestaande uit het informeren over wezenlijke wijzigingen in de informatie die bij het eerste advies of de bemiddeling is verstrekt. Dit geldt niet als de Adviseur met de aanbieder van het product is overeengekomen dat de aanbieder deze verplichting op zich neemt (artikel 4:21 Wft), hetgeen in casu overigens is gesteld noch gebleken. Voor deze werkzaamheden kan door de Adviseur geen aparte vergoeding in rekening worden gebracht."

"Daarnaast geldt dat de Adviseur uit hoofde van artikel 7:401 BW de zorg van een goed opdrachtnemer op zich dient te nemen. Hij dient zich daarbij te gedragen als een redelijk handelend en redelijk bekwaam financieel adviseur en bemiddelaar. Ook uit deze ‘open norm’ kunnen verplichtingen voortvloeien waar door Consument tijdens de looptijd van een financieel product een beroep op kan worden gedaan en waarvoor de Adviseur bij het adviseren en bemiddelen reeds zijn beloning heeft ontvangen."

Open norm
"Naast de in 4.1 en 4.2 genoemde verplichtingen, die kunnen worden geschaard onder de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke zorgplicht, kunnen een adviseur en een consument aanvullend ook overeenkomen dat een adviseur nóg meer werkzaamheden uitvoert in het kader van nazorg en dat consument daar aanvullend voor betaalt.
Dit wordt door de Geschillencommissie betiteld als aanvullende nazorg.

In deze casus was volgens de commissie sprake van aanvullende nazorg, waardoor de klacht van de consument geen stand houdt. De consument mocht de overeenkomst voor aanvullende nazorg uiteraard wel opzeggen.

Bemiddeling bij uitkering orv is geen aanvullende nazorg
De commissie noemt overigens enkele werkzaamheden die werden genoemd onder het kopje beheerskosten wel degelijk nazorg in plaats van aanvullende nazorg. Er werden vier punten genoemd:

1) hulp bij voorstellen renteverlenging,

2) vragen met betrekking tot de bestaande hypotheeksituatie,

3) hulp bij bemiddeling extra aflossing binnen de geldende bankvoorwaarden en

4) bemiddeling bij uitkering orv.

Punten 1 en 3 kunnen volgende de Geschillencommissie als aanvullende nazorg worden beschouwd, maar de punten 2 en 4 niet.

Lees hier de volledige uitspraak.

Bron: Kifid