Het toevoegen van de IVA aan de hybride WGA-markt houdt in dat werkgevers voor de IVA de mogelijkheid krijgen om het IVA-risico zelf te dragen en dat de publieke premie gedifferentieerd wordt. De kosten van de IVA-uitkering worden toegerekend aan individuele werkgevers.
Financiële prikkel werkgevers
In de IVA, bij duurzaam en volledig arbeidsongeschikten, zijn op grond van medisch objectieve indicatoren geen reële mogelijkheden tot herstel te verwachten. Een financiële prikkel voor werkgevers ligt daarom niet voor de hand. Bij de invoering van de wet WIA is er voor gekozen om de verantwoordelijkheid voor de inkomensbescherming voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten bij de overheid te leggen. Bij gedeeltelijke of niet-duurzame volledige arbeidsongeschikten in de WGA is het logisch om de werkgever te blijven te betrekken bij de re-integratie van de werknemer. Herstel is (nog) niet uitgesloten. De financiële prikkel tijdens de eerste tien uitkeringsjaren past hierbij.
Herbeoordeling
Door de huidige verschillen in financieringswijze ondervinden werkgevers en WGA-verzekeraars een prikkel om mensen in de WGA 80-100 vaker te laten herbeoordelen in de hoop dat ze in de IVA stromen. Het toevoegen van de IVA aan de hybride WGA-markt kan er toe leiden dat de druk op de schaarse capaciteit aan keuringsartsen vermindert. In de praktijk zien we echter dat de prikkel tot herbeoordeling zich niet materialiseert in een hoge IVA-instroom. Het aantal arbeidsongeschikten met een IVA-uitkering is ongeveer de helft van het aantal dat ten tijde van de vormgeving van de wet WIA werd voorzien. Het UWV heeft een convenant gesloten met WGA-verzekeraars waarin is vastgelegd dat verzekeraars slechts een verzoek om herbeoordeling doen indien de verzekeraar kan motiveren dat de beperkingen een duurzaam karakter hebben gekregen. Alleen verzekerden die geen reële herstelmogelijkheden meer hebben stromen door naar de IVA.
Download: "Kamerbrief" (Word, 4 pagina's)
Bron: Rijksoverheid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99