MijnFintool

Nieuws

Prijsgeven PEB: Informatieplicht en instemming partner

De Belastingdienst heeft opnieuw een vraag en antwoord gepubliceerd.

Vraag
Welke informatie moet worden verstrekt en aan welke voorwaarden moet worden voldaan om zonder heffing van loonheffingen en revisierente gebruik te kunnen maken van de mogelijkheid van prijsgeven van in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraken, als bedoeld in artikel 38n, tweede lid, Wet LB?

Antwoord

Om zonder heffing van loonheffingen en revisierente gebruik te kunnen maken van de mogelijkheid van prijsgeven als bedoeld in artikel 38n, tweede lid, Wet LB, moet een informatieformulier worden gedownload van www.belastingdienst.nl. Dit formulier moet worden ingevuld, ondertekend en ingezonden binnen 1 maand na het prijsgeven, afkopen dan wel omzetten in een ODV van de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak. Niet ondertekende of onvolledig ingevulde informatieformulieren zal de Belastingdienst terugsturen met het verzoek de geconstateerde gebreken te herstellen en het aangepaste formulier opnieuw in te dienen.

Indien het informatieformulier niet wordt ingeleverd, niet wordt ondertekend door de dga en (indien nodig) door de (gewezen) partner, niet volledig wordt ingevuld, wordt ingevuld met onjuiste gegevens of niet op tijd wordt ingediend bij de Belastingdienst, wordt niet aan de voor de toepassing van artikel 38n, tweede lid, Wet LB geldende informatieplicht voldaan. In dat geval zijn de regels die normaliter gelden bij het prijsgeven en/of afkopen van een pensioenaanspraak in eigen beheer van toepassing. Dit betekent dat in dat geval de waarde in het economische verkeer van de gehele pensioenaanspraak in een keer tot het loon uit vroegere dienstbetrekking wordt gerekend en dat de dga revisierente is verschuldigd (zie ook Memorie van toelichting Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen, kamerstukken 34 555, nr. 3, p. 35).

Op het informatieformulier worden de volgende gegevens uitgevraagd:

  1. naam, fiscale woonstaat en burgerservicenummer of, bij het ontbreken van het burgerservicenummer, een hiermee vergelijkbaar door de fiscale woonstaat toegekend fiscaal identificatienummer van de dga;
  2. naam en uniek nummer als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007, of bij het ontbreken van een dergelijk nummer en indien dat bestaat, een hiermee vergelijkbaar door de fiscale woonstaat toegekend fiscaal identificatienummer van het lichaam, als bedoeld in artikel 19a, eerste lid, onderdelen d of e, Wet LB (tekst 2016), dat optreedt als verzekeraar van de af te kopen of om te zetten pensioenaanspraak (eigenbeheerlichaam);
  3. indien de dga een partner of gewezen partner(s) als bedoeld in artikel 38n, vierde lid, Wet LB heeft: naam en burgerservicenummer of, bij het ontbreken van het burgerservicenummer, een hiermee vergelijkbaar door de fiscale woonstaat toegekend fiscaal identificatienummer van deze partner of gewezen partner(s). Het gaat hierbij om de partner of gewezen partner(s) die recht heeft op een deel van de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak. Voor elk van de (gewezen) partner(s) moet een eigen informatieformulier worden ingevuld en ingezonden;
  4. de door de dga gemaakte keuze tussen afkoop en omzetting in een ODV als bedoeld in artikel 38n, tweede lid, Wet LB;
  5. het tijdstip van de afkoop of omzetting in een ODV, bedoeld in artikel 38n, tweede lid, Wet LB;
  6. de fiscale balanswaarde, bedoeld in artikel 38n, derde lid, Wet LB, van de bij het eigenbeheerlichaam tegenover de af te kopen of om te zetten in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak staande pensioenverplichting:
    1°. op 1 januari 2015 (beginbalans boekjaar 2015) of, indien het boekjaar afwijkt van het kalenderjaar, op de beginbalans van het boekjaar dat eindigde in 2015;
    2°. op 31 december 2015 of, indien het boekjaar afwijkt van het kalenderjaar, op de eindbalans van het boekjaar dat eindigde in 2015;
    3°. op 1 juli 2017 of, indien de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak vóór 1 juli 2017 is afgekocht of omgezet in een ODV, de fiscale balanswaarde op het tijdstip van afkoop of omzetting in een ODV;
    4°. op het tijdstip van afkoop of omzetting in een ODV en
  7. indien de pensioenaanspraak is omgezet in een ODV en de dga een partner of gewezen partner heeft: of er een afspraak is gemaakt tussen de dga en diens partner of gewezen partner over de verdeling van deze ODV in geval van beëindiging van het partnerschap. Op het formulier hoeft alleen ja of nee worden aangegeven. Het is daarbij voldoende als de dga en de partner een afspraak hebben gemaakt ten aanzien van de procedure om tot een verdeling van de ODV te komen (bijvoorbeeld een verdeling van de ODV op basis van de (fictieve) verdeling van de prijsgegeven en in de ODV omgezette pensioenaanspraken zoals die op grond van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding plaatsgevonden zou hebben indien de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak niet zou zijn omgezet in een ODV). In dat geval kan de vraag met “ja” worden beantwoord.

De op het informatieformulier te vermelden fiscale balanswaarde is de voor de toepassing van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb) in aanmerking te nemen waarde van de pensioenverplichting. Voor het prijsgeven, afkopen of omzetten in een ODV wordt derhalve uitgegaan van de waarde die de pensioenverplichting op grond van de fiscale waarderingsregels op dat moment heeft. Dat mogelijk in de aangifte vennootschapsbelasting van een onjuiste waarde van de pensioenverplichting is uitgegaan, is hiervoor niet relevant (zie ook Vraag & Antwoord 17-013).

Naast de in onderdeel f. genoemde fiscale balanswaarden worden ook de waarden in het economisch verkeer (de commerciële waarden) uitgevraagd. Het gaat daarbij om het bedrag dat bij een onafhankelijke derde zou moeten worden gestort om de aanspraak te dekken, zoals gedefinieerd in artikel 3.12, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011. Voor de berekening van de op het informatieformulier te vermelden commerciële waarde van de pensioenaanspraak kan worden uitgegaan van de rekengrondslagen van het door de Belastingdienst ontwikkelde rekenmodel van de Benaderde Markt Waarde (zie Vraag & Antwoord 13-006).

De fiscale en commerciële waarden worden uitgevraagd op 1 januari 2015, 31 december 2015, 1 juli 2017 of als het pensioen eerder of later is afgekocht of omgezet, de waarde op het moment van afkoop of omzetting. In artikel 12c, onderdeel f, UBLB is ook nog de waarde per 31 december 2016 vermeld. Deze waarde wordt niet uitgevraagd in verband met het opschuiven van het moment waarop de maatregelen inzake het uitfaseren van pensioen in eigen beheer zijn ingevoerd.

De fiscale balanswaarden worden uitgevraagd op grond van artikel 12c UBLB en geven inzicht in het verloop van de fiscale balanswaarde tussen 1 januari 2015 en het moment van afkoop of omzetten. De commerciële waarden worden uitgevraagd op grond van artikel 47 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en dienen voor het toezicht op de vaststelling van een juiste compensatie van de partner en eventuele schenkingsaspecten.

 

Bron: Belastingdienst

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit artikel

Reageren? Graag eerst inloggen.

Permanent Actueel met Fintool?

Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.
Lees verder

Fintool bv © 2003/2025. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.

1
1