Het kabinet herkent en onderkent dat er burgers zijn die geen gebruik maken van toeslagen terwijl ze er mogelijk wel recht op hebben. Onderzoek uit 2011 naar het niet-gebruik van toeslagen laat zien dat het niet-gebruik van de zorgtoeslag destijds op 17% lag. Voor de inkomens tot maximaal 120% van het minimumloon bedroeg het percentage niet-gebruik 8%. Een verklaring hiervoor vanuit dit onderzoek is dat deze groep in beeld is bij gemeenten en andere hulpverlenende instanties, die het gebruik van toeslagen stimuleren.
Vraag
Kunt u de conclusie in het rapport bevestigen, dat bijna één op de zes 55-plus huishoudens mogelijk recht op huurtoeslag laat liggen?
Antwoord
De percentages voor het niet-gebruik van huurtoeslag in het rapport zijn in lijn met de bevindingen uit het Interdepartementaal beleidsonderzoek Sociale Huur (IBO Sociale Huur) uit 2016.
Omdat er op dit moment geen actueel onderzoek bestaat over het aantal niet-gebruikers van de toeslagen is het op dit moment niet mogelijk een nauwkeurige inschatting van het totaalbedrag te geven. Wel is het zo dat een zorgtoeslagontvanger gemiddeld €80 per maand ontvangt en een huurtoeslagontvanger gemiddeld zo’n €230.
Welke andere groepen, naast ouderen, maken relatief vaak geen gebruik van de toeslagen terwijl zij daar wel recht op hebben? In hoeverre gaat dit bijvoorbeeld om (financieel) laaggeletterden?
Antwoord
Uit het hiervoor aangehaalde onderzoek uit 2011 blijkt dat zelfstandigen en werkenden met een laag inkomen relatief vaak tot de niet-ontvangers behoren. Op basis van dit onderzoek is destijds door het kabinet geconcludeerd dat de groep bijstandsgerechtigden de toeslagen goed weet te vinden8. Het niet-gebruik ligt bij deze groep relatief laag.
Er zijn op dit moment geen gegevens bekend over het niet-gebruik onder de groep laaggeletterden. Voor ondersteuning van een toeslagaanvraag kan deze groep terecht bij de toeslagenservicepunten en de toeslagendienstverleners.
Het klopt dat het aantal toeslagen lager is dan verwacht. Dit hoeft echter niet te betekenen dat sprake is van niet-gebruik in gevallen waar recht is op de toeslag. Of iemand recht heeft op een toeslag heeft namelijk te maken met de leefsituatie van de betrokkene. Inkomsten van de betrokkene en van de eventuele partner of de persoon waarmee de betrokkene een gezamenlijke huishouding heeft, worden meegenomen bij het bepalen of een betrokkene recht heeft op de toeslag.
Welke stappen zet u om het toeslagenstelsel naast eenvoudiger ook gebruiksvriendelijker te maken? Deelt u de mening dat dit twee gescheiden trajecten zijn, omdat een eenvoudiger stelsel niet noodzakelijkerwijs gebruiksvriendelijker is?
Gebruiksvriendelijkheid en eenvoud van de toeslagen zijn voor dit kabinet geen tegengestelde begrippen.
Download: "Onderzoeksrapport" (pdf, 16 pagina's)
Bron: Rijksoverheid / Regioplan / KBO-PCOB
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99