Ter beantwoording van de vraag of sprake is van een goed gedocumenteerd beroep op het financieringsvoorbehoud, dient te worden vastgesteld wat partijen met elkaar zijn overeengekomen. Artikel 16.3 van de koopovereenkomst bepaalt dat partijen verplicht zijn over en weer al het redelijke te doen teneinde de financiering te verkrijgen en dat de mededeling dat de ontbinding wordt ingeroepen uiterlijk op de eerste werkdag na de datum waarvan in de betreffende ontbindende voorwaarde sprake is door de wederpartij of diens makelaar dient te zijn ontvangen. Deze mededeling dient schriftelijk en goed gedocumenteerd te zijn waarbij onder goed gedocumenteerd wordt verstaan dat één afwijzing van een erkende geldverstrekkende bankinstelling aan verkoper of diens makelaar dient te worden overlegd.
De termijn voor het inroepen van het financieringsvoorbehoud is door partijen in onderling overleg verlengd tot 28 augustus 2015 16.00 uur. Het voorgaande betekent dat ‘Koper’ het financieringsvoorbehoud kon inroepen tot en met één werkdag na vrijdag 28 augustus 2015, dus uiterlijk op maandag 31 augustus 2015. De makelaar van 'Koper' heeft per e-mail van vrijdag 28 augustus 2015 aan 'Verkoper' bericht dat de bank nog vragen heeft over de financiering en dat formeel de ontbinding wordt ingeroepen. 'Verkoper' heeft geen bezwaar gemaakt tegen het inroepen van de ontbinding. De makelaar van 'Verkoper' heeft eveneens op 28 augustus 2015 vragen gesteld aan de makelaar van 'Koper'.
Per e-mail van maandag 31 augustus 2015 heeft de makelaar van 'Koper' de vragen van de makelaar van 'Verkoper' beantwoord en aangegeven welke vragen Geldverstrekker nog had en waarom er nog geen finaal akkoord is gegeven op de financieringsaanvraag. Bij deze mail is een kopie gevoegd van de (hypotheek)offerte die door 'Koper' was ingediend bij Geldverstrekker. In die offerte is het inkomen van 'Koper' opgenomen en de overwaarde van de door haar verkochte woning.
Maandag 31 augustus 2015 kan gelden als “de eerste werkdag na de datum waarvan in de betreffende ontbindende voorwaarde sprake is” als bedoeld in artikel 16.3. Door op vrijdag 28 augustus 2015 een beroep te doen op het financieringsvoorbehoud en dit op de maandag daarna, 31 augustus 2015, schriftelijk te documenteren, is aan de kennelijke bedoeling van artikel 16.3 voldoende tegemoet gekomen en brengen de eisen van de redelijkheid en billijkheid mee dat het inbrengen van de documentatie als tijdig kan gelden.
Ten aanzien van de vraag of deze documentatie voldeed aan de eis van “goed gedocumenteerd” zijn van het beroep op het financieringsvoorbehoud, wordt het volgende overwogen. 'Koper' heeft op 31 augustus 2015 de stukken overgelegd die zij op dat moment had en die aan haar financieringsaanvraag ten grondslag zijn gelegd. Het hof is van oordeel dat met deze documenten het niet tijdig kunnen verkrijgen van een financiering van Geldverstrekker voldoende is gedocumenteerd, nu uit de offerte, met als bijlage het mede door 'Koper' ingevulde Aanvraagformulier hypothecaire geldlening, de relevante gegevens in de financieringsaanvraag blijken (inkomen, overwaarde van de huidige woning en hoogte aangevraagde lening). 'Koper' kon op 28 augustus 2015 redelijkerwijs nog geen afwijzing van de aangevraagde financiering overleggen aangezien Geldverstrekker toen nog niet tot een definitief oordeel daarover was gekomen.
Bron: Rechtspraak.nl
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99