De Wet inkomstenbelasting 2001 (IB 2001) omvatte ingrijpende wijzigingen: het boxensysteem werd ingevoerd, de lijfrenteaftrek werd flink beperkt en de mogelijkheden voor het spaarloon werden ernstig aangetast. Nu, bijna vier jaar na de invoering, wil het ministerie van Financiën een evaluatierapport schrijven over de ervaringen van zowel consumenten als instanties die met de gevolgen van de wet te maken hebben.
Uit de reacties blijkt dat de meeste verzekeraars nog veel ruimte voor verbeteringen zien in de werking van het boxensysteem. Verzekeraars moeten bijvoorbeeld bij de aftrek van premies voor een lijfrenteverzekering een deel administreren in box 1 (afgetrokken premie) en een deel in box 3 (niet-afgetrokken premie). Dit afzonderlijke administreren is een tijdrovende en kostbare zaak.
Andere problemen komen voort uit de afschaffing van de basisaftrek lijfrente, de premiespaar- en winstdelingsregelingen en de verlaging van het maximale spaarloonbedrag. Deze aanvullende maatregelen (die op 1 januari 2003 werden ingevoerd) hebben ervoor gezorgd dat het voor veel belastingplichtigen nóg lastiger is geworden hun pensioentekort te repareren in de derde pijler.
Ten slotte heeft de invoering van de factor A (de jaarlijkse pensioenaangroei) niet geleid tot een simpele methode om de pensioenaangroei te berekenen.
In de Kennisbank vindt u ook informatie over Terugwenteling lijfrentepremies.
Bron: Verbond van Verzekeraars, 27-12-2004
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99