Neem nu een abonnement op Fintool.nl
De betrouwbare vraagbaak voor financiële dienstverleners.
Abonneren Bekijk alle diensten
31 jul 2019 Nieuws

Spaargeld gebruikt voor aflossing hypotheek

Een belastingplichtige heeft eind januari een groot deel van zijn spaargeld gebruikt ter aflossing van de gehele hypotheek. In geschil is of toch vermogensrendementsheffing verschuldigd is op jaarbasis.
  • Dagelijkse e-mail nieuwsbrief
  • Kennisbank met 1000+ artikelen
  • Rekenmodellen en downloads
  • Persoonlijk archief
  • Inclusief Permanent Actueel module!!

Belanghebbende is woonachtig in een eigen woning te [Z] . Deze woning is in de aangifte IB/PVV 2016 (de aangifte) verantwoord in box 1. Op de woning rustte op 1 januari 2016 een hypotheekschuld van € 140.914. Op 28 januari 2016 heeft belanghebbende de hypotheekschuld volledig afgelost door aanwending van haar spaartegoeden.

Buitensporige last

Belanghebbende verzet zich niet tegen de hoogte van het in artikel 5.2 van de Wet IB 2001 opgenomen forfaitaire rendement van 4%, doch uitsluitend tegen de wijze waarop de rendementsgrondslag wordt bepaald, meer in het bijzonder het hanteren van een peildatum als basis voor de berekening van de rendementsgrondslag. Belanghebbende stelt dat nu zij op 28 januari 2016 een bedrag van € 140.764 heeft aangewend ten behoeve van het aflossen van de hypotheekschuld, gedurende een periode van ruim elf maanden slechts een bedrag van
€ 65.018 heeft kunnen renderen. Het forfaitaire rendement in box 3 in het onderhavige jaar bedraagt volgens belanghebbende dan ook geen € 8.243 maar € 3.054. Nu belanghebbende op basis van de aanslag € 2.472 (30% x €8.243) aan inkomstenbelasting box 3 is verschuldigd, wordt zij geconfronteerd met een belastingheffing van 81% (81% x €3.054 = €2.473) over het forfaitaire rendement. De belastingheffing vormt daarmee, naar de mening van belanghebbende, een individuele en buitensporige last.

Keus wetgever

Voor de vaststelling van de verschuldigde inkomstenbelasting box 3 over het gehele jaar 2016, wordt uitgegaan van de hoogte van het box 3-vermogen op de peildatum 1 januari 2016. Box 3-vermogensmutaties, positief dan wel negatief, na de peildatum zijn bij het vaststellen van de belastingschuld over het desbetreffende jaar in beginsel niet van belang. Dit is inherent aan de keuze van de wetgever. De situatie van belanghebbende, waarin zij er voor heeft gekozen de spaartegoeden gedurende het jaar aan te wenden, wijkt niet wezenlijk af van de situatie van andere belastingplichtigen met box 3-vermogensmutaties. Van een last die zich in het geval van belanghebbende sterker laat voelen dan in het algemeen is in het onderhavige geval dan ook geen sprake. Dat de keuze van belanghebbende om de hypotheekschuld op haar eigen woning af te lossen legitiem was, doet hier niet aan af.

Beslissing

Het Gerechtshof stelt de belastingplichtige in het ongelijk.

 

Bron: Rechtspraak.nl

 

Redactie Fintool: Soortgelijks als bovengenoemde uitspraak kan ook gebeuren bij een gesplitste aflossing (bijvoorbeeld eind december / begin januari) om gebruik te maken van de jaarlijkse ruimte (kalenderbasis) boetevrij aflossen). Wijs uw relatie hier op in voorkomende gevallen.

Downloads

Downloads zijn alleen beschikbaar voor abonnees. Log graag in of neem een abonnement.

Lees ook…

Te ontvangen schadevergoeding rondom peildatum VRH box 3

Vanwege letselschade is er sprake van een vaststellingsovereenkomst in verband met een overeengekomen schadevergoeding. Ondertekening overeenkomst door verzekeringsmaatschappij vóór peildatum en door belanghebbende ná peildatum (1 januari). Behoort de nog niet ontvangen uitkering tot de rendementsgrondslag van box 3?

Tijdelijk saldo verkoopwinst toch belast (op peildatum 1 januari)

Op 27 november 2015 hebben eiser en zijn echtgenote hun woning (hierna: de oude woning) verkocht. De verkoopopbrengst bedroeg € 168.089. Op 2 mei 2016 hebben zij een nieuwe woning (hierna: de nieuwe woning) verworven voor een bedrag van € 363.014, inclusief kosten koper. Dit bedrag hebben zij uit eigen middelen gefinancierd.

Storting op derdenrekening van de notaris, peildatum 1 januari, box 3?

In hoger beroep heeft het Hof een uitspraak van de rechtbank (deels) vernietigd. Belanghebbenden hebben verklaard dat het ten tijde van de oprichting van de vennootschap de bedoeling was een bedrag van € 1.500.000 als agio te storten. Belanghebbenden hebben in dat kader verwezen naar e-mailverkeer met de notaris. Belanghebbenden hebben ter zitting van het Hof gesteld dat de vennootschap op 31 december 2012 nog niet over een bankrekening beschikte, omdat een vennootschap in oprichting geen bankrekening kan openen.

Rubrieken

Dossiers

Opvoerdatum

31 jul 2019

Laatst gewijzigd

31 jul 2019

Adresgegevens

Fintool

Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668

Fintool bv © 2003/2024. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.