MijnFintool

Nieuws

Moet geldverstrekker toegezegde financiering ook verstrekken?

De heer [eiser 1] en mevrouw [eiser 2] zijn echtelieden. Zij hebben samen diverse ondernemingen die zich voornamelijk richten op de handel in houten vloeren en e-bikes. In geschil is of eiser geldverstrekker had moeten informeren over het gewijzigde inkomen.

5 juni 2019
Op 5 juni 2019 is aan K. B.V. en E. B.V. op verzoek van [eisers] (voorlopige) surseance van betaling verleend.

21 juni 2019
Op 21 juni 2019 heeft de toenmalig compagnon van [eisers] in K. B.V. en E. B.V. naar aanleiding van een geschil met [eisers] dat eind 2018 was ontstaan, beslag gelegd op de voorraden en tegoeden van beide vennootschappen.

25 juni 2019
Op 25 juni 2015 heeft de voorzieningenrechter een vordering van [eisers] tot opheffing van de beslagen afgewezen.

27 juni 2019
Bij e-mail van 27 juni 2019 heeft geldverstrekker aan [eisers] bericht dat zij fiat heeft voor de gevraagde woonhypotheek onder de in de e-mail vermelde voorwaarden.

10 juli 2019
Op 10 juli 2019 zijn beide vennootschappen in staat van faillissement verklaard.

10 juli 2019
Op 10 juli 2019 heeft geldverstrekker een adviesrapport hypotheek afgerond, waarin zij [eisers] een totale hypotheeklening van € 1.875.000,-- bij geldverstrekker adviseert. Het rapport is per post aan [eisers] toegezonden.

11 juli 2019
Bij e-mail van 11 juli 2019 heeft geldverstrekker aan bericht dat de financieringsaanvraag is goedgekeurd en dat inmiddels de bankgarantie is gesteld.

Financieringsvoorbehoud
In de koopovereenkomst is een financieringsvoorbehoud opgenomen dat nadien is verlengd tot 11 dan wel 12 juli 2019.

15 juli 2019
Bij e-mail van 15 juli 2019 heeft geldverstrekker aan [eisers] bericht dat zij uit de media op de hoogte is geraakt van de faillissementen van K. B.V. en E. B.V. en dat [eisers] onrechtmatig heeft gehandeld jegens geldverstrekker door geldverstrekker niet te informeren over de financieel zorgelijke situatie van die vennootschappen. Volgens geldverstrekker is de gevraagde financiering als gevolg van het wegvallen van de inkomsten uit de beide vennootscheppen niet langer passend en verantwoord. Geldverstrekker doet in dat kader een beroep op dwaling en heeft de overeenkomst met [eisers] met onmiddellijke ingang ontbonden.

Beoordeling
De vraag is of geldverstrekker de eerder toegezegde financiering nog aan [eisers] moet verstrekken. Dat is naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet het geval. [eisers] heeft zelf verklaard dat er tussen hem en de medeaandeelhouder (tevens leverancier) in K. B.V. en E. B.V. sinds eind 2018 problemen waren. Die problemen hebben geleid tot de beslaglegging op 21 juni 2019. [eisers] heeft tevergeefs getracht de beslagen opgeheven te krijgen. Dat de beslagen niet zouden worden opgeheven was voor [eisers] in elk geval op 25 juni 2019 duidelijk toen de voorzieningenrechter de daartoe strekkende vordering van [eisers] had afgewezen. Het had voor hem toen ook duidelijk moeten zijn dat de inkomsten van [eisers] uit de beide vennootschappen mogelijk zouden wegvallen. Voldoende aannemelijk is dat geldverstrekker de inkomsten uit die vennootschappen heeft meegenomen in de beoordeling van de hypotheekaanvraag van [eisers] .

Informatieplicht
Hij had geldverstrekker daarom tijdig moeten inlichten over de problemen binnen de vennootschappen zodat geldverstrekker zich daarover had kunnen beraden. Dat heeft hij niet gedaan. Geldverstrekker heeft als gevolg daarvan geen rekening kunnen houden met het wegvallen van de inkomsten bij de beoordeling van de financieringsaanvraag. De aanvraag is immers pas door geldverstrekker op 27 juni 2019, dus nadat [eisers] wist dat de beslagen niet zouden worden opgeheven, gefiatteerd.

Terechte intrekking
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is voldoende aannemelijk geworden dat [eisers] door het niet melden van de problemen rondom K. B.V. en E. B.V. aan geldverstrekker in strijd heeft gehandeld met artikel 2 van de toepasselijke Algemene Bankvoorwaarden en dat hij aldus tekort is geschoten in zijn verplichtingen jegens geldverstrekker. Geldverstrekker was daarom bevoegd om de overeenkomst met [eisers] te ontbinden ook al lag vernietiging op grond van dwaling misschien meer in de rede. Geldverstrekker stelt ook terecht dat door het achterhouden van de relevante informatie het vertrouwen in [eisers] is geschonden. Dat vertrouwen is in de relatie tussen een klant en de bank onontbeerlijk. Als dat vertrouwen weg is, dan is er feitelijk geen basis voor een goede relatie.

 

Bron: Rechtspraak.nl

Modules & dossiers

Opvoerdatum

17 sep 2019

Laatst gewijzigd

17 sep 2019

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit artikel

Reageren? Graag eerst inloggen.

Permanent Actueel met Fintool?

Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.
Lees verder

Fintool bv © 2003/2025. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.

1
1