MijnFintool

Nieuws

Fiscale tegemoetkomingen

Dit besluit is een actualisatie van het besluit van 29 september 2020. Daarnaast zijn een aantal goedkeuringen opgenomen. Tevens zijn een paar maatregelen verlengd.

De goedkeuringen zien op de volgende onderwerpen:

  • Verschuldigdheid van, oninbare vorderingen en teruggaafverzoeken energiebelasting en opslag duurzame energie- en klimaattransitie;
  • Uitstel van betaling van belastingschulden;
  • Mededelingsplicht bodemrecht;
  • Verklaring betaalgedrag;
  • Melding betalingsonmacht;
  • G-rekening;
  • Betalingsregeling voor de opgebouwde belastingschuld;
  • Betalingsverzuimboeten;
  • Bepaalde wettelijke administratieve verplichtingen rondom de loonheffingen;
  • Ongewijzigd doorlopen vaste reiskostenvergoedingen en andere vaste vergoedingen in de loonheffingen;
  • Gebruikelijk loon;
  • Werkkostenregeling;
  • Termijn bij gebruikmaking terugwerkende kracht bij geruisloze omzetting, bedrijfsfusie, juridische fusie, splitsing en geruisloze terugkeer;
  • Urencriterium;
  • Fiscale coronareserve;
  • Tegemoetkoming ondernemers getroffen sectoren & subsidie financiering vaste lasten MKB;
  • Continuïteitsbijdragen zorglichamen;
  • Verlenging overgangsregelingen zorg- en sociale werkbedrijf-lichamen;
  • Btw gevolgen van het ter beschikking stellen van zorgpersoneel;
  • Btw gevolgen van het gratis verstrekken van medische hulpgoederen en -apparatuur;
  • Btw-tarief bij online diensten door sportscholen;
  • Btw-tarief bij levering van mondkapjes;
  • Btw-tarief bij levering van COVID-19-vaccins en COVID-19-testkits;
  • Heffing over Duitse netto-uitkeringen;
  • Reisaftrek in de inkomstenbelasting;
  • Uitstel termijnen Wet implementatie EU-richtlijn meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies;
  • Voorkomen van dubbele meldingen vanwege het feit dat niet alle lidstaten gebruikmaken van de mogelijkheid de termijnen voor het melden van constructies te verschuiven.

Gebruikelijk loon 2020 AB-houders

Zogenoemde AB-werknemers, zoals een directeur-grootaandeelhouder van een BV, genieten een gebruikelijk loon. Dit is wettelijk geregeld in de gebruikelijkloonregeling (zie artikel 12a van de Wet LB). De hoogte van het gebruikelijk loon is afhankelijk van de relevante feiten en omstandigheden, zoals de beloning bij vergelijkbare dienstbetrekkingen.

Het is mij gebleken dat de coronacrisis tot knelpunten leidt bij de vaststelling van een gebruikelijk loon.

Een en ander geeft mij aanleiding duidelijkheid vooraf te verschaffen en een tijdelijke goedkeuring uit te brengen. Ik kies daarbij voor een praktisch goed hanteerbaar criterium dat ook recht doet aan het wettelijk uitgangspunt. Bij omzetdalingen mag het gebruikelijk loon in 2020 evenredig lager zijn. Daarmee is een verlaging van het gebruikelijk loon in veel gevallen eenvoudig vast te stellen zonder overleg met de inspecteur. De rechtszekerheid wordt hiermee gediend.

Goedkeuring

Ik keur onder voorwaarden goed dat het gebruikelijk loon over 2020 wordt bepaald volgens de navolgende berekeningen. Het gaat daarbij om de omzet exclusief de omzetbelasting.

Gebruikelijk loon 2020 = A x B/C

A = het gebruikelijk loon over 2019

B = de omzet over de eerste vier kalendermaanden van 2020

C = de omzet over de eerste vier kalendermaanden van 2019

Voorwaarden

Voor deze goedkeuring gelden de volgende drie voorwaarden.

a.De rekening-courantschuld of het dividend neemt niet toe als gevolg van het lagere gebruikelijk loon.

b.Als de AB-werknemer feitelijk meer loon heeft genoten dan volgt uit bovenstaande berekeningen, geldt dat hogere loon. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als een BV voor de AB-werknemer gebruikmaakt van de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW). Een eventuele uitkering op grond van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) vormt geen genoten loon uit de dienstbetrekking en heeft daarom geen gevolgen voor het gebruikelijk loon.

c.Deze goedkeuring geldt niet voor zover de omzet in het jaar 2019 of 2020 beïnvloed is door andere bijzondere oorzaken, zoals oprichting, staking, fusie, splitsing en bijzondere resultaten.

Deze goedkeuring kan meebrengen dat het loon van de AB-werknemer lager is dan € 46.000, 75% van het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking of het loon van de meestverdienende werknemer (zie artikel 12a van de Wet LB).

Deze goedkeuring leidt uiteraard niet tot een hoger gebruikelijk loon en laat de wettelijke mogelijkheden onverlet om een lager gebruikelijk loon aannemelijk te maken.

Andere gevallen: maatwerk

Betrokkenen kunnen deze goedkeuring zonder overleg met de inspecteur toepassen. Desgewenst kunnen betrokkenen in andere gevallen overleggen met de bevoegde inspecteur over de toepassing van de gebruikelijkloonregeling in hun situatie. Dat geldt ook voor situaties die niet (rechtstreeks) onder deze goedkeuring vallen, maar waar wel knelpunten optreden.

Bij bijzondere situaties passen maatwerkoplossingen. Zo kan bij een verliessituatie van de vennootschap de voornoemde goedkeuring leiden tot een lager gebruikelijk loon. In geval van bijkomende omstandigheden is het mogelijk een (nog) lager gebruikelijk loon vast te stellen.

 

Urencriterium

Ondernemers die belastingplichtig zijn voor de inkomstenbelasting (als bedoeld in artikel 3.4 Wet IB 2001) kunnen onder voorwaarden aanspraak maken op verschillende ondernemersfaciliteiten. Op sommige van deze ondernemersfaciliteiten zoals de zelfstandigenaftrek, de meewerkaftrek en de oudedagsreserve kan uitsluitend aanspraak worden gemaakt als aan het zogenoemde urencriterium wordt voldaan. Aan dit urencriterium wordt voldaan wanneer de ondernemer ten minste 1225 uren per kalenderjaar besteedt aan werkzaamheden voor zijn onderneming.

Het is denkbaar dat ondernemers door de coronacrisis minder of geen werkzaamheden voor hun onderneming(en) kunnen verrichten. Hierdoor kan het voor ondernemers lastig zijn om aannemelijk te maken dat aan het urencriterium is voldaan. Het feit dat ondernemers puur als gevolg van de coronacrisis bepaalde ondernemersfaciliteiten verliezen, vind ik onwenselijk en onrechtvaardig. Daarom keur ik het volgende goed.

Goedkeuring

Bij de beoordeling van de aannemelijkheid van het aantal in een kalenderjaar aan werkzaamheden voor een of meer ondernemingen bestede uren in het kader van het urencriterium zoals bepaald in artikel 3.6 Wet IB 2001, worden ondernemers, in de periode van 1 maart 2020 tot en met 30 september 2020, geacht ten minste 24 uren per week aan de onderneming(en) te hebben besteed.

Ondernemers die seizoengebonden werkzaamheden verrichten en die normaliter in de periode van 1 maart tot en met 30 september een piek hebben in het aantal uren dat ze besteden aan de onderneming, worden geacht een gelijk aantal uren te hebben besteed in dezelfde periode in 2020 als het aantal uren dat is besteed in de periode van 1 maart 2019 tot en met 30 september 2019. De ondernemer kan in dat geval met behulp van de administratie van vorig jaar bepalen hoeveel uren hij aan de onderneming heeft besteed in de periode van 1 maart 2019 tot en met 30 september 2019.

8.2.1 Verlaagd urencriterium voor startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid
Ook startende ondernemers die arbeidsongeschikt zijn kunnen mogelijk door de coronacrisis minder of geen werkzaamheden voor hun onderneming verrichten. Hiervoor acht ik het passend om in lijn met de systematiek van de hiervoor aangegeven versoepeling van het urencriterium ook het verlaagde urencriterium van 800 uren per kalenderjaar in de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid te versoepelen. Daarom keur ik het volgende goed.

Goedkeuring

Bij de beoordeling van de aannemelijkheid van het aantal in een kalenderjaar aan werkzaamheden voor een of meer ondernemingen bestede uren in het kader van de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid zoals bepaald in artikel 3.78a Wet IB 2001, worden de betreffende ondernemers, voor de periode van 1 maart 2020 tot en met 30 september 2020, geacht ten minste 16 uren per week aan hun onderneming(en) te hebben besteed. De hiervoor genoemde goedkeuring voor ondernemers die seizoengebonden werkzaamheden verrichten is van overeenkomstige toepassing.

 

Reisaftrek

In de inkomstenbelasting bestaat de mogelijkheid van reisaftrek voor woon-werkverkeer dat met het openbaar vervoer wordt afgelegd. Onder voorwaarden kan een forfaitair bepaald bedrag aan reisaftrek in mindering worden gebracht op het loon zoals aangegeven in de aangifte inkomstenbelasting. Voorwaarden zijn onder meer dat de belastingplichtige ten minste eenmaal per week tussen woning en werk met het openbaar vervoer pleegt te reizen en dit vervoer niet door de werkgever wordt vergoed. De hoogte van de reisaftrek is onder andere afhankelijk van het aantal dagen per week waarin tussen woning en werk wordt gereisd. Voor veel mensen leiden de maatregelen rondom de coronacrisis – waaronder het advies tot thuiswerken – tot een gewijzigd reispatroon, terwijl niet in alle situaties de kosten voor het openbaar vervoer zijn afgenomen. Hierbij valt te denken aan doorlopende abonnementen voor rekening van de belastingplichtige. Het gewijzigde reispatroon leidt in die situaties zonder goedkeurend beleid tot een vermindering van de hoogte van de reisaftrek. Dit acht ik ongewenst.

Goedkeuring

Ik keur voor het belastingjaar 2020 onder voorwaarde goed dat een wijziging in het reispatroon van de belastingplichtige als gevolg van de coronacrisis niet leidt tot een wijziging in de hoogte van de reisaftrek. Voor het voldoen aan de voorwaarden voor de reisaftrek en de berekening van de hoogte van de reisaftrek mag worden uitgegaan van het reispatroon dat zou hebben plaatsgevonden als geen sprake was geweest van de maatregelen ter bestrijding van de coronacrisis.

Voorwaarde

Hieraan verbind ik de voorwaarde dat de goedkeuring uitsluitend geldt voor de periode waarin en voor zover de reiskosten van de belastingplichtige zijn doorgelopen, terwijl hij een gewijzigd reispatroon had waardoor er geen of minder woon-werkverkeer was. Dit houdt bijvoorbeeld in dat de goedkeuring niet geldt vanaf het moment dat de belastingplichtige geen reiskosten meer heeft. De reisaftrek wordt in dat geval naar evenredigheid berekend.

 

 

Bron: Rijksoverheid

Modules & dossiers

Opvoerdatum

04 jan 2021

Laatst gewijzigd

04 jan 2021

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit artikel

Reageren? Graag eerst inloggen.

Permanent Actueel met Fintool?

Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.
Lees verder

Fintool bv © 2003/2025. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.

1
1