Bij het verkrijgen van een advies hiervoor bij de bank zal een inkomenstoets worden gedaan en de kosten voor het advies bij de bank bedragen € 750,-.
De consument beklaagt zich over het verplichte advies en kosten hiervoor bij de bank.
De commissie ziet zich voor de vraag gesteld of de bank ten onrechte advies verplicht stelt om het verzoek van de consument – voor een extra aflossing op de spaarhypotheek – te behandelen en vervolgens of de bank de omvang van het bij haar af te nemen advies, met de bijbehorende kosten, in redelijkheid van de consument kan vergen. De commissie is van oordeel dat de bank op juiste gronden een advies verplicht stelt.
Zij concludeert echter dat de bank niet aannemelijk heeft gemaakt dat de omvang van het door haar voorgeschreven advies inclusief inkomenstoets in het onderhavige geval als redelijk kan worden aangemerkt. De commissie zal haar oordeel hieronder toelichten.
...
Voor extra aflossen op andere hypotheekvormen (zoals in dit geval de spaarhypotheek) dient contact te worden opgenomen met de bank. Onder ‘Veelgestelde vragen’ staat: ‘Kan ik extra aflossen op mijn (bank)spaarhypotheek’?
U kunt ervoor kiezen om geld bij te storten op uw spaarrekening of -verzekering die gekoppeld is aan uw hypotheek. Zo kunt u eerder het eindbedrag bij elkaar sparen en lost u misschien sneller af. Er gelden wel belastingregels voor bijstorten. Laat u daarom vooraf goed adviseren.
...
De commissie oordeelt als volgt. Als uitgangspunt geldt dat de bank op grond van haar beleidsvrijheid bij een substantiële wijziging van een hypothecaire geldlening advies verplicht mag stellen. De commissie is van oordeel dat het in het onderhavige geval niet gaat om een substantiële wijziging van de hypothecaire geldlening, maar zij overweegt wel dat een spaarhypotheek een complex product is op grond van artikel 1 onder punt 4 van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. Er kunnen namelijk fiscale gevolgen verbonden zijn aan het wijzigen van de premie voor de aan de spaarhypotheek gekoppelde verzekering als gevolg van een aflossing. De bank heeft toegelicht dat voor de premie-inleg een fiscale bandbreedte eis geldt die niet overschreden mag worden vanwege het risico op verlies van het fiscale voordeel dat de hiervoor geldende regeling biedt.
Dat de bank in het kader van haar zorgplicht wil dat consumenten voorafgaand aan een dergelijke wijziging daarover deugdelijk wordt geadviseerd en de consument daarom verplicht zich te laten adviseren over de aan het onderhavige verzoek verbonden fiscale gevolgen, acht de commissie dan ook niet onredelijk.
De consument heeft aangevoerd dat hem onduidelijk is waarom de bank een advies van dergelijke omvang wil uitvoeren nu de consument de hypothecaire geldlening bij de bank al geruime tijd heeft, hij 25 jaar lang de maandtermijn zonder problemen voldoet en de extra aflossing tot een lager maandbedrag zal leiden.
De bank is naar het oordeel van de commissie onvoldoende ingegaan op deze vragen en bezwaren van de consument. Gelet op de stellingen van de consument is het de commissie niet gebleken dat de bank in reactie op de aanvraag van de consument in redelijkheid een advies van dergelijke omvang verplicht kan stellen met de daarbij behorende kosten. Dit klachtonderdeel van de consument is derhalve gegrond. Dit betekent niet dat de bank kosteloos een advies dan wel een berekening van de fiscale bandbreedte aan de consument dient te verstrekken, zij kan echter niet verlangen dat de consument een advies van deze omvang (inhoudende een inkomenstoets) afneemt.
In het licht van de onder 3.6 genoemde omstandigheden en gelet op artikel 38.10 onder e van het reglement beslist de commissie ter beëindiging van dit geschil dat de bank niet meer dan € 375,- voor het in casu door de consument af te nemen advies aan de consument in rekening mag brengen.
De commissie wenst daarbij op te merken dat de consument de hypothecaire geldlening heeft afgesloten in 1996 en daarmee vóór de inwerkingtreding van het provisieverbod in 2013. Indien door de consument provisie is betaald bij het aangaan van de hypothecaire geldlening is het verdedigbaar dat het informeren van de consument over het al dan niet blijven voldoen aan de fiscale bandbreedte eis onder de nazorgverplichting valt. De commissie verzoekt de bank in dat geval om daarmee rekening te houden nu de commissie dit niet uit het dossier kan opmaken.
De commissie acht de klacht van Consument deels gegrond en beslist op grond van artikel 38.10 onder e van het reglement ter beëindiging van dit geschil dat de bank niet meer dan € 375,- voor het aan het verzoek van de consument verbonden advies in rekening mag brengen bij de consument.
Lees hier de volledige uitspraak.
Bron: Kifid
Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668