Op dit moment zijn er geen signalen bekend waarbij een bedreiging het directe gevolg is van de registratie in het UBO-register. Dat er zorgen leven bij mensen over hun privacy en veiligheid begrijp ik zeker. Deze waren er al bij de totstandkoming van het register en hier is dan ook terecht uitgebreid bij stilgestaan bij het opstellen van de wetgeving en de behandeling in het parlement.
Waarom communiceert het ministerie van Financiën in het openbaar dat banken voor bestaande klanten het UBO-register niet hoeven te raadplegen, maar banken en verzekeraars dit wel doen en hiertoe ook door de toezichthouder worden aangespoord en/of verplicht.
Meldingsplichtige instellingen dienen op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) het UBO-register te raadplegen bij het aangaan van een nieuwe zakelijke relatie. Daarnaast geldt de bredere verplichting voor meldingsplichtige instellingen om cliëntenonderzoek uit te voeren, en in het kader daarvan de UBO’s van de client vast te stellen. Hierbij mag de meldingsplichtige instelling zich niet verlaten op het UBO-register. Deze verplichting geldt niet enkel bij het aangaan van een nieuwe zakelijke relatie maar ook onder meer: bij het verrichten van bepaalde incidentele transacties; indien er indicaties zijn dat de client betrokken is bij witwassen of financieren van terrorisme; indien de meldingsplichtige instelling twijfelt aan de juistheid of volledigheid van gegevens; indien het risico op witwassen of terrorismefinanciering van de client, of diens woon- of vestigingsplaats, daartoe aanleiding geeft. Hoewel de wet in die andere gevallen waarin cliëntenonderzoek dient te worden uitgevoerd niet verplicht tot het raadplegen van het UBO-register, mag dit wel en kan dit ook behulpzaam zijn. Het is aan de meldingsplichtige instellingen om hier een passende uitvoering aan te geven en aan toezichthouders om hier op toe te zien.
Per 1 juni 2022 zijn van 884.458 juridische entiteiten de UBO’s geregistreerd. Dit betreft deels juridische entiteiten die al bestonden voor 27 september 2020, en deels juridische entiteiten die na deze datum zijn opgericht en daarom direct de UBO-registratie bij oprichting dienden te doen. Daarnaast is er nog een werkvoorraad van 335.073 opgaven. De verwerking van alle registraties tot en met 1 juni 2022 zal naar verwachting vertalen in een vulpercentage van ca. 64%. De komende periode zal gericht zijn op het verwerken van de werkvoorraad en het uitwerken van nadere, gerichte, stappen ter verhoging van de vulgraad.
De Wwft bepaalt dat meldingsplichtige instellingen bij het aangaan van een nieuwe zakelijke relatie met een juridische entiteit dienen vast te stellen of de UBO’s in het Handelsregister staan geregistreerd. Is dat niet het geval dan vormt dit een belemmering voor het aangaan van een zakelijke relatie.
Bron: Rijksoverheid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99