Op grond van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001) wordt voor de forfaitaire rendementspercentages die ter zake van banktegoeden en schulden in aanmerking worden genomen bij de bepaling van de grondslag in box 3 uitgegaan van de na afloop van het kalenderjaar met terugwerkende kracht tot en met het begin van het kalenderjaar bij ministeriële regeling vast te stellen forfaitaire rendementspercentages, zodat zo goed mogelijk wordt aangesloten bij het werkelijk behaalde rendement. Bij het opleggen van een voorlopige aanslag in de periode voordat deze rendementspercentages definitief zijn vastgesteld, kan nog geen rekening worden gehouden met die rendementspercentages.
Om ook voor die voorlopige aanslagen zo actueel mogelijke percentages te kunnen hanteren, zullen deze percentages als volgt worden vastgesteld:
a. Het percentage voor banktegoeden wordt vastgesteld op het rentepercentage van de maand juli van het voorafgaande kalenderjaar op deposito’s van huishoudens met een opzegtermijn van maximaal drie maanden, zoals gepubliceerd door De Nederlandsche Bank.
b. Het percentage voor schulden wordt vastgesteld op het rentepercentage van de maand juli van het voorafgaande kalenderjaar over het totale uitstaande bedrag aan woninghypotheken van huishoudens, zoals gepubliceerd door De Nederlandsche Bank.
Met de voorgestelde wijziging wordt het verschil tussen de grondslag van definitieve aanslagen en de grondslag van voorlopige aanslagen zoveel mogelijk beperkt. Dat beperkt ook de kans dat belastingrente wordt verschuldigd.
Bron: Rijksoverheid
Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668