Wijzigingswet financiële markten 2026 (Internetconsultatie)

Daarnaast moeten trustkantoren informatie uitwisselen met andere kantoren als een potentiële cliënt op voorhand bij een ander kantoor is geweigerd vanwege verhoogde integriteitsrisico's.

Het voorstel bevat ook een verbod voor verzekeraars uit derde landen om vanuit een Nederlands bijkantoor diensten te verrichten naar andere lidstaten. Dit is opgenomen in de Wet op het financieel toezicht.

Daarnaast bevat het voorstel een aantal kleinere wijzigingen en verbeteringen in de wetgeving op het gebied van de financiële markten.

Dit wetsvoorstel maakt deel uit van de wijzigingscyclus van wet- en regelgeving op het terrein van de financiële markten. In deze cyclus worden kleinere onderwerpen opgenomen die geen separaat voorstel rechtvaardigen.

Klik hier voor de internetconsultatie.

Vergunningsverplichting voor derdelandverzekeraars met vestiging in Nederland

In 2021 is de Wft gewijzigd in verband met de invoering van een verbod op dienstverrichting door derdelandverzekeraars. Dienstverrichting naar Nederland door een levens- of schadeverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is, is daarmee niet langer toegestaan. Verzekeraars uit derde landen kunnen hun bedrijf in Nederland uitsluitend uitoefenen door vestiging van een dochtermaatschappij dan wel een bijkantoor in Nederland. In beide gevallen is daarvoor een vergunning nodig van DNB.
Bij de invoering van het verbod op dienstverrichting is tevens bepaald dat het een levens- of schadeverzekeraar met zetel in een staat die geen lidstaat is en die een bijkantoor heeft in een lidstaat, niet langer is toegestaan vanuit dat bijkantoor het levens- of schadeverzekeringsbedrijf via het verrichten van diensten naar andere lidstaten uit te oefenen. Daarbij is echter abusievelijk artikel 2:118 Wft, dat dienstverrichting door derdelandbijkantoren vanuit Nederland naar een andere lidstaat reguleert, niet aangepast. Deze bepaling staat dergelijke dienstverrichting momenteel nog toe. Deze omissie wordt nu hersteld.

Daarnaast wordt voorgesteld om artikel 2:41 Wft materieel beter te laten aansluiten op de beoordelingsvrijheid die artikel 162 van de richtlijn solvabiliteit II biedt, waarvan het de implementatie vormt. Daarmee wordt het voor DNB mogelijk de bijkantoorvergunning voor een derdelandverzekeraar te weigeren indien zij van oordeel is dat de bescherming van de belangen van polishouders onvoldoende gewaarborgd zijn.

Bron: Rijksoverheid