Een relatie van ons kantoor heeft een KEW. De oude woning is begin 2019 verkocht en relatie is tijdelijk gaan huren. In maart 2020 is een koopovereenkomst getekend voor nieuwbouw. Transport is september 2020 geweest. De verzekeraar had de KEW-clausule van de polis gehaald. De premiebetaling is door blijven lopen, in afwachting van de nieuwe financiering en herplaatsing van de KEW-clausule (september 2020). Moet de spaarpolis nu in box 3 opgegeven worden als vermogen (peildatum 1 januari 2020)?
De rechtbank stelt bij de beoordeling van dit geschil voorop dat voor kwalificatie van een schuld als eigenwoningschuld, vereist is dat die schuld is aangegaan voor verbetering of onderhoud van de eigen woning (oogmerkvereiste). Voor wat betreft het oogmerkvereiste geldt dat de enkele omstandigheid dat een belastingplichtige die een schuld is aangegaan voor verbetering of onderhoud van de eigen woning, het geleende geld niet onmiddellijk voor dat doel aanwendt, op zichzelf nog niet hoeft te betekenen dat aan het oogmerkvereiste niet langer wordt voldaan. Het Gerechtshof Amsterdam bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Polis, van voor 13-9-1999 is verbonden aan de hypotheek en is geplaatst in Box III. De waarde van de polis wordt niet opgeteld bij het overige vermogen in Box III. Blijft deze vrijstelling onverminderd van kracht na 1-1-2013
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.