De Belastingdienst heeft een update gegeven inzake de fiscale gevolgen voor pensioen van zorgmedewerkers die vervroegd met pensioen zijn gegaan en weer gaan werken in verband met coronavirus COVID-19.

78% van de werknemers wil wanneer zich een situatie voordoet met mogelijk financiële gevolgen terecht kunnen bij de werkgever. Met name wanneer het gaat over minder werken, vervroegd/deeltijd pensioen of minder inkomen door ziekte of arbeidsongeschiktheid. Dat meldt Wijzer in Geldzaken naar aanleiding van een onderzoek.

Op welke wijze kunnen rechten op nog op te bouwen ouderdomspensioen zonder fiscale gevolgen worden afgefinancierd bij de ingangsdatum van het prepensioen?

Brief van minister Koolmees (SZW) aan de Tweede Kamer waarin hij duidelijkheid verschaft over vragen die recent zijn gerezen rond de affinanciering van voorwaardelijke aanspraken die voortkomen uit een overgangsregeling in het kader van de afschaffing van de fiscale faciliëring van VUT- en prepensioenregelingen (VPL).

De Centrale Raad van Beroep heeft op 6 september 2017 in vijf zaken uitspraak gedaan over de vraag wanneer een prepensioen in mindering mag worden gebracht op een werkloosheidsuitkering (WW-uitkering). Uitgangspunt is dat zo’n prepensioen in mindering wordt gebracht op de WW-uitkering. Daarop bestaat een uitzondering,

Minister Asscher geeft antwoord op Kamervragen over een uitspraak van de rechter over het al dan niet korten van de ZVW-premie op de WW-uitkering.

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher, geeft een reactie naar aanleiding van een verzoek van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de verrekening van prepensioen met een WW-uitkering. In de WW wordt onderscheid gemaakt tussen a. werknemers die eerst prepensioen ontvangen en dan werkloos worden en b. werknemers die eerst werkloos worden en dan prepensioen ontvangen.

In dit besluit worden uniform toepasbare beschikbare-premiestaffels voor verschillende pensioensoorten gepubliceerd. Deze staffels voorzien in de opbouw van een ouderdomspensioen, al of niet in combinatie met een nabestaandenpensioen ter grootte van 70% van dat ouderdomspensioen, een tijdelijk overbruggingspensioen en een prepensioen.

Mensen die het minimumloon verdienen of niet meer dan 150 procent van het minimumloon, kunnen in de toekomst eerder stoppen met werken zonder al te veel in te leveren op hun koopkracht. Dat schrijft minister Henk Kamp (Sociale Zaken) aan de Tweede Kamer.

Het wordt fiscaal gunstiger om naast het vroegpensioen in deeltijd te blijven doorwerken. Over het pensioendeel hoeft niet langer belasting te worden betaald. Dat maakte staatssecretaris Weekers van Financiën vandaag bekend.

Het verbod op het inzetten van de levensloopregeling voor vroegpensioen dat in het regeerakkoord is afgesproken, is in de praktijk 'heel moeilijk uitvoerbaar'. Dat zegt , hoogleraar economie Lans Bovenberg, de bedenker van de fiscaal voordelige spaarregeling.

Het vervroegd met pensioen sturen van oudere ambtenaren, kost de overheid vele miljoenen euro's. Dat blijkt uit een overzicht over 2005 dat minister Johan Remkes (Binnenlandse Zaken) onlangs aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Uit onderzoek onder de leden van de Nbva blijkt volgens VVP dat de voorbereidingen van de Nbva-kantoren op de invoering van de Wet VPL zich pas in een pril stadium bevinden. Iets minder dan driekwart van de kantoren geeft aan dat ze vóór 1 januari aanstaande, wanneer de wet ingevoerd wordt, nog niet klaar zullen zijn. Slechts 27 procent schat in tijdig klaar te zijn.

Ontslagvergoedingen die ingezet worden als ontslagvergoeding, worden toch extra belast. Bedrijven die werknemers met een gouden handdruk met vroegpensioen sturen, kunnen een belastingaanslag van 26% over de vergoeding verwachten. Vanaf 2011 wordt deze heffing verhoogd naar 52%. Daarmee legt staatssecretaris Wijn van Financiën opnieuw zijn eerder gelanceerde plan voor aan de Tweede Kamer, dat hij destijds moest terugtrekken vanwege de onduidelijkheid van de regeling.

Aanvankelijk zouden werknemers in 2006 een enorme belastingaanslag tegemoet kunnen zien, omdat hun prépensioenregeling nog niet aangepast is aan de nieuwe VUT-regels. Vervolgens stelde staatssecretaris Wijn dat werknemers op coulance van de Belastingdienst konden rekenen. Daarna werd het risico van een belastingaanslag verschoven naar de werkgever. Nu blijkt dat ook dat van de baan is. Werkgevers die hun prepensioenregeling niet op tijd hebben omgebouwd, hoeven volgens werkgeversorganisatie VNO-NCW toch niet bang te zijn voor een boete.

Werkgevers die de VUT- en prépensioenregelingen van hun medewerkers niet voor 1 januari 2006 hebben veranderd, kunnen volgend jaar een belastingaanslag verwachten. Eerder was er sprake van dat werknemers van wie de prépensioenregeling nog niet aan de nieuwe wetgeving is aangepast, een enorme belastingaanslag tegemoet konden zien. Dat risico wordt nu verplaatst naar de werkgever.

Werknemers die vanaf 2006 nog prepensioen opbouwen, hoeven niet bang te zijn voor torenhoge belastingaanslagen. Staatssecretaris Wijn van Financiën heeft aangekondigd dat de Belastingdienst coulant om zal gaan met die groep Nederlanders.

Honderdduizenden werknemers zouden in 2006 een enorme belastingaanslag kunnen krijgen omdat pensioenfondsen de bestaande pensioenregelingen op 1 januari aanstaande nog niet hebben aangepast aan de nieuwe wetgeving. Dat betekent dat werknemers vanaf 2006 belasting over het opgebouwde spaargeld moeten gaan betalen. De aanslag zou volgens dagblad Trouw op kunnen lopen tot een volledig jaarsalaris.

Bij de vaststelling van de fiscale ruimte die voor mensen beschikbaar is om extra ouderdomspensioen in te kopen hoeft geen rekening gehouden te worden met prepensioenaanspraken die tot 1 januari 2006 zijn opgebouwd. Dat geldt ook voor de aanspraken die tot die datum zijn opgebouwd in de vorm van lijfrentevoorzieningen en aanvullende individuele pensioenvoorzieningen. De inkoopruimte voor het ouderdomspensioen wordt door deze aanspraken dus niet beperkt.

Dit is sinds de invoering van de Wet VUT, prepensioen en levensloopregleing niet meer toegestaan. In het kader van het overgangsrecht kan het nog wel voorkomen.