Minister Hoekstra heeft de Tweede Kamer een brief met het resultaat van een onderzoek naar de hypotheekmarkt in Nederland, Duitsland en België gestuurd. Dit onderzoek is uitgevoerd naar aanleiding van een vraag van een Kamerlid of hij inzicht kon verstrekken in de hypotheekrentes in de ons omringende landen en hoe daar het afsluiten, vervroegd aflossen en vervroegd oversluiten is geregeld.

De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft geen aanwijzingen gevonden dat hypotheekverstrekkersprijsafspraken hebben gemaakt waardoor consumenten teveel hebben betaald voor hun leningen.

De AFM let dit jaar strenger op het gedrag van banken rond het verlengen van hypotheken waarvan de rentevaste periode is verstreken.

Hypotheken met lange rentevaste termijnen worden de komende jaren fors duurder door nieuwe toezichtsregels die banken veiliger moeten maken. Het is de zoveelste maatregel die het consumenten moeilijker maakt om aan een hypotheek te komen.

Goedemorgen mevrouw, meneer, De geldverstrekker heeft de klant heeft in 2009 een verlengingsvoorstel toegestuurd voor verlenging van de hypotheekrente. De klant zegt dit voorstel nimmer te hebben ontvangen. Vanwege het uitblijven van de reactie, heeft de geldverstrekker de rente weer voor een periode van tien jaar verlengd. Dit is de ‘standaardprocedure’ om de rente te verlengen voor dezelfde periode als waarvoor de rente eerder vaststond. De hypotheek zelf echter loopt tot 2014 en een verpande levensverzekering expireert per 2012. Nu wilt cliënt de hypotheek oversluiten en is een opgave van de boeterente opgevraagd ; In de toelichting staat dat de hypotheek loopt tot 2014, maar voor de boeterenteberekening wordt wel uitgegaan van de rentevaste periode van tien jaar, dus tot 2019. Vraag ; Wat is juridisch gezien leidend (in dit geval) ; Einde rentevaste periode of einde looptijd hypotheek. In hoeverre kan juridisch met succes worden bedongen dat in de boeterenteberekening wordt uitgegaan van de periode tot 2014 ? Merkwaardig genoeg kan de

Bij het afsluiten van een nieuwe woninghypotheek is in augustus 2009 bijna twee keer zo vaak voor een korte rentevaste periode (tot maximaal één jaar) gekozen als een jaar eerder. Ruim 27 procent van het bedrag aan nieuw afgesloten woninghypotheken had een korte rentevaste periode, tegen 14 procent in augustus 2008. Het percentage met een rentevaste periode van meer dan 5 jaar daalde daarentegen van 68 naar 39.