U kent ze vast wel. Een ongehuwde relatie (starter/doorstromer) die in 2017 een huis kocht (wie had toen al van een draagplichtovereenkomst gehoord?), of een starter/doorstromer die in 2018 een huis kocht (en nog wel naar de notaris zouden gaan - niet dus).
Helpdeskvraag wordt dan: "Kan achteraf nog een draagplichtovereenkomst worden opgesteld?"
Als antwoord volgt dan: "Dat hangt er maar net van af hoe de desbetreffende casus is. Soms wel, niet, liever niet..."
De consument heeft zijn levensverzekering met een garantiekapitaal in 1998 omgezet naar een beleggingsverzekering. Hierdoor is het garantiekapitaal komen te vervallen. Uiteindelijk heeft de verzekering minder opgebracht dan het aanvankelijke garantiekapitaal.
Bij samenwoners en verwerving van een woning gebeurt het regelmatig dat er sprake is van een ongelijke inbreng van vermogen. Met behulp van een draagplichtovereenkomst is dit in principe eenvoudig te scheiden. Ieder brengt eigen middelen in op diens ‘eigen helft’ en financiert het overige. Maar er zijn ook scenario’s waarbij 1 partij meer (eigen middelen/overwaarde) inbrengt dan de ander, en kiest men voor toepassing van het ‘Goedkeurend besluit (januari 2018), huidige codificatie (BP2022). Degene die meer inbrengt heeft dan een vordering op de andere partner. En dan gaan (soms) zaken in de praktijk fout….
De consument vordert betaling van een bedrag van € 2.135,88, zijnde de schade die hij heeft geleden doordat de geldverstrekker de vergoedingsrente in januari 2021 heeft afgeboekt en niet in december 2020.
Ouders hebben een drietal leningen verstrekt aan de zoon en schoondochter. De relatie tussen zoon en schoondochter is beëindigd. De ouders vorderen de helft van de leningen terug bij de ex-schoondochter.
Op 27 juli 2004 vult de adviseur voor consument een formulier in voor het aanvragen van een hypotheekofferte voor een Spaarhypotheek voor een te lenen bedrag van € 264.000 . Ook wordt een kapitaalverzekering voor box 1 (een kapitaalverzekering eigen woning, hierna ook: KEW) met een overlijdensrisicodekking aangevraagd. Op het aanvraagformulier is bij het onderdeel ‘Verzekeringsvorm’ ingevuld ‘Spaar’ ; bij het onderdeel ‘Box’ is ingevuld: ‘1’.
In 2012 is een huiseigenaar in financiële problemen geraakt, waardoor zij de woonlasten niet meer kon voldoen. De geldverstrekker heeft eerst executoriaal derdenbeslag doen leggen ten laste van [eiser 1] en [eiser 2] onder de Belastingdienst en vervolgens bij de toenmalige werkgever.
Wanneer de verzekeraar zonder enige toelichting een polis verstrekt aan een consument die afwijkt van het aanvraagformulier, dan is dat in strijd met de zorgplicht stelt Kifid.
De meeste klachten over beleggingsverzekeringen, die Kifid nu fasegewijs afrondt, zijn al langer geleden ingediend. Verzekeraars hebben in die oude klachten veelal tevergeefs een beroep gedaan op verjaring. Dat is anders in een aantal klachten, die pas eind 2017 en in 2018 door consumenten zijn ingediend bij Kifid. De Geschillencommissie heeft in veel van deze klachten geoordeeld dat de consument te lang heeft stilgezeten, zo blijkt uit de zeven gepubliceerde uitspraken. Deze consumenten hebben de verjaring vaak niet of niet afdoende gestuit.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.