Kunnen aanstaande echtgenoten het recht op partneralimentatie in geval van echtscheiding voorafgaand aan het huwelijk bij huwelijkse voorwaarden uitsluiten? Volgens advocaat-generaal (AG) Lückers moet die vraag bevestigend worden beantwoord.
De Hoge Raad heeft uitspraak gedaan naar aanleiding van prejudiciële vragen over de informatieverplichtingen van verzekeraars bij beleggingsverzekeringen.
Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de manier waarop vermogen in box 3 wordt belast in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Volgens de uitspraak mag alleen het werkelijk rendement op het vermogen worden belast.
Belanghebbende en zijn echtgenote hebben in 2016 hun onderneming gestaakt. Tot een bedrag van € 70.000 heeft belanghebbende de bij hem in aanmerking genomen stakingswinst omgezet in een lijfrente (hierna: de stakingslijfrente) en uitgaven voor inkomensvoorzieningen in mindering gebracht op zijn inkomen uit werk en woning van 2016 (artikel 3.129 Wet IB 2001).
Op 4 februari 2022 zal de uitspraak op bezwaar over de jaren 2017 tot en met 2020 worden gepubliceerd. Dat betekent echter niet dat op dat moment al een beslissing is genomen over de beleidsmatige invulling van het rechtsherstel. Ik heb advies bij de Landsadvocaat ingewonnen over de omvang van een uitspraak op massaal bezwaar. De conclusie op grond van het advies is dat op 4 februari a.s. weliswaar collectief uitspraak gedaan moet worden maar dat het juridisch bezien niet noodzakelijk is dat de besluitvorming over de wijze van rechtsherstel daarvóór afgerond is.
Staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) biedt zijn (voorlopige) antwoorden aan op vragen over het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden over box 3. Dit gaat over belastingen. De vragen zijn gesteld door de Tweede Kamerleden Van der Lee (GL), Inge van Dijk (CDA), Omtzigt (Groep-Omtzigt), Idsinga (VVD) en Hammelburg (D66).
De Hoge Raad heeft op 24 december 2021 geoordeeld dat het sinds 2017 geldende stelsel van vermogensrendementsheffing (box 3) in strijd is met het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM). De Belastingdienst onderzoekt op dit moment de gevolgen van deze uitspraak.
De in het jaar 2017 ingegane wettelijke regeling van het belasten van spaargeld en overig vermogen in box 3 van de inkomstenbelasting is in strijd met het ongestoord genot van eigendom en het discriminatieverbod in het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM).
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.