In hoger beroep heeft de rechter een uitspraak gedaan over de vordering van de ex-vrouw. Zij wil de schadevrije jaren van de ex-man overnemen, daar zij als regelmatige bestuurder de auto gebruikte.
Hieronder wordt een praktijkcasus beschreven, waarbij gebruik is gemaakt van een familiehypotheek (met schenkconstructie). In de regel fiscaal bezien een voordelige constructie. De hypotheekrente is weliswaar hoger dan bij de bank, maar door de belastingteruggave in combinatie met het terugschenken door de ouder(s) heeft de huiseigenaar lagere of geen extra maandlast als gevolg van de familiehypotheek.
De rechter boog zich over de vraag of de ex-vrouw recht had op een deel van de overwaarde.
De vrouw vordert nakoming van de tussen partijen gemaakte afspraken. Zij stelt dat partijen zijn overeengekomen dat als de woning zou worden verkocht aan een derde voor een bedrag boven de € 260.000,-, de vrouw de helft het meerdere zou ontvangen. De man betwist dat deze afspraak is gemaakt.
Consument heeft een verzoek ingediend om uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de geldlening te worden ontslagen. De ex-partner van consument weigert medewerking.
De consument en zijn ex-partner hebben samen een Flexibel Krediet afgesloten bij de bank. Na de beëindiging van de relatie heeft de rechter in het kader van de echtscheiding bepaald dat de consument verantwoordelijk is voor de lasten van het Flexibel Krediet.
De vernieuwingen in de rechtsbijstand beginnen zichtbaar te worden, zo schrijft minister Dekker in een brief aan de Tweede Kamer. Zo heeft de dienstverlening aan rechtzoekenden een impuls gekregen. Verder is het beroep dat wordt gedaan op gesubsidieerde rechtsbijstand gedaald.
Consument heeft in 2003 samen met haar toenmalige partner een kredietovereenkomst gesloten bij de Bank. In 2011 is Consument gescheiden van haar echtgenoot. Omdat er achterstallige betalingen waren, heeft de Bank het krediet opgeëist en betaling van Consument gevorderd.
[Gedaagde] heeft betwist dat zijn aandeel in de nalatenschap van zijn vader in de gemeenschap valt, nu partijen reeds op 18 maart 2017 feitelijk uiteen zijn gegaan en zijn vader pas daarna, op 29 april 2017, is overleden. Op 10 augustus 2017 hebben partijen een verzoekschrift tot echtscheiding ingediend. Bij beschikking van 18 januari 2018 is tussen partijen de echtscheiding uitgesproken. Deze beschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Z. op 27 februari 2018.
Partijen zijn in gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd geweest. Bij beschikking van 7 april 2010 heeft deze rechtbank de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. Daarbij is de inhoud van het door partijen gesloten echtscheidingsconvenant van 27 januari 2010, hierna ‘het convenant’, in de beschikking opgenomen. De echtscheidingsbeschikking is op 29 april 2010 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.